Dinsdag 22 april 2003 – Drie kleine kievitjes
Langs een slootkant in De Wilck liepen vanmorgen drie kievitskuikens. De pullen zullen nauwelijks een dag oud geweest zijn, maar ze pikten met hun snavels in de drassige bodem alsof ze hun hele leven nooit iets anders gedaan hadden! Een fijn gevoel krijg je als je dat jonge leven zo vief en onbekommerd naar voedsel ziet zoeken, op korte afstand overigens gadegeslagen door waakzame ouders. Verderop in de sloot een lepelaar.
Kievitpul (Vanellus vanellus) in De Wilck.
In de zuidoosthoek van de Starrevaart heeft een kleine zilverreiger zijn stekkie gevonden. De laatste dagen had ik al berichten opgevangen van een kleine zilverreiger in de omgeving, wellicht dat het om hetzelfde exemplaar gaat. Net als grote zilverreigers broeden deze fraaie, tropisch uitziende vogels de laatste jaren in kleine aantallen in ons land. Grote zilverreigers zijn even groot als blauwe reigers, kleine zilverreigers zijn een stuk kleiner en hebben een donkere snavel, grote zilverreigers hebben ’s winters gele snavels. Makkelijk onderscheid tussen beide soorten: kleine zilverreigers hebben zwarte poten met geelgroene tenen, grote zilvers hebben gele tibia’s (dijen) en ook wat geel aan de tarsus (‘onderpoot’).
Drie foto’s van de kleine zilverreiger (Egretta garzetta) vandaag bij de Starrevaart. Boven heeft de reiger een kikker te pakken, op de middelste foto trappelt hij met zijn poten om visjes en andere etenswaren naar boven te lokken en op de onderste foto maakt hij een snelle draaiende beweging als hij een prooi denkt te zien.
In het drassige en daardoor interessante gebied in het zuidoosten liepen een aantal oeverlopers, 4 zwarte ruiters en 2 kleine plevieren. Op de plas verder een dwergmeeuw in winterkleed, een paartje zomertalingen en 57 grutto’s, waarvan circa 20 IJslandse. Tussen de grutto’s staat al een week een vogel met vier kleurringen en een dun metalen draadje dat een centimeter of 15, 20 naar achteren steekt, mogelijk een antenne. Ik heb het ringproject nog niet kunnen traceren. Langs de Kniplaan zongen 2 blauwborsten, bij de toren zat een snor en ook een in het gebied tussen parkeerplaats en Meeslouwerplas, daar had ik nog niet eerder een snor gehoord. Verder heb ik staan genieten van een tuinfluiter met zijn snelle, afwisselende zang, de vogel vloog van boom naar boom. Zwartkoppen produceren een soortgelijke snelle melodie, maar zij besluiten hun zang met enkele luide fluittonen.
Een paartje houtduiven (Columba palumbus) bij de parkeerplaats.