Dinsdag 9 september 2003 – Weinig rust in de Amaliahut

Geest en lichaam werkten vandaag niet mee, daarom een paar uurtjes rustig in de Amaliahut langs het Spookverlaat gehangen. Nou ja, zo rustig was het ook weer niet, want een ijsvogel vloog regelmatig over de plas, of we hoorden haar scherpe gefluit in de directe omgeving. Bovendien zwommen er zomer- en wintertalingen die ik graag op de foto wilde zetten om het verschil tussen beide soorten goed te kunnen laten zien, en ook het verschil van beide soorten tussen mannen in eclipskleed, vrouwen en juveniele talingen. Binnenkort hoop ik daarover wat te schrijven en foto’s te laten zien.

Onlangs zat er urenlang een man ijsvogel voor de Amaliahut, vandaag liet een vrouw (Alcedo atthis – Kingfisher. female) zich regelmatig zien. Ze bleef telkens maar enkele minuten op een rietstengel zitten. Het enige verschil met een man is dat een vrouw rood aan haar ondersnavel heeft.

Deze blauwe reiger (Ardea cinerea – Heron, 2nd winter) ving aan de andere kant van de plas een flinke voorn. Dat was echter nog lang niet genoeg als avondmaaltijd en daarom ging de vogel opnieuw staan vissen. Het is waarschijnlijk een vogel in zijn tweede levensjaar: de snavel is nog niet geheel oranje zoals bij volwassen vogels, het voorhoofd is al behoorlijk wit terwijl juveniele vogels een grijze kruin hebben.

Voor de hut dook nu en dan een kuifzaagbek op, ook wel kokardezaagbek genoemd. Het is een Noord-Amerikaanse vogel, voor 99% zeker ontsnapt uit een siervijver, waarschijnlijk uit de waterpartij die vlak bij de plas ligt. De vogel liet zich niet fotograferen, áls hij al uit het riet kwam, zwom hij/zij als een razende heen en weer en was het grootste deel van de tijd onder water. Verder op de plas o.a. 2 zomertalingen, 1 witgat en 4 watersnippen. Een waterral liet zich enkele malen horen.