Vrijdag 13 februari 2004 – Geluksdag: eerste lepelaars
Er waren al eerder wat lepelaars gemeld die uit hun winterkamp waren teruggekeerd, op deze vrijdag de dertiende zag ik de eerste vier van deze fraaie vogels. Prachtig in bruidskleed, wit met oranjegele sjerp om de hals en geelachtige pretpluimen op de kop.
In winter/voorjaar blijven ze niet zo lang op de Starrevaart hangen als in het najaar. Ze hebben nu haast en vliegen meestal, na een korte adempauze, meteen door naar hun broedplaatsen die voornamelijk op de Waddeneilanden en in Noord-Holland liggen. Een lepelaar is niet alleen een bijzonder mooie vogel, hij staat ook op de ‘rode lijst’ als vogel van internationale betekenis en als kwetsbare soort.
Vier vroege lepelaars (Platalea leucorodia – Spoonbill) op het slik midden in de Starrevaart.
Ook smienten (Mareca penelope – Eurasian Wigeon) roepen om het hardst nu de broedtijd nadert.
Verder op de vogelplas o.a. 24 grutto’s, 3 nonnetjes (1 man en 2 vrouw) en 23 rosse stekelstaarten (19 man en 4 vrouw). Op de Meeslouwerplas 5 dodaarzen en 3 zwarte ruiters. In Stompwijk vloog een groepje van 18 ringmussen. In de Drooggemaakte Grote Polder 34 (29+5) kleine zwanen, In de Grote Polder 15 (11+4), in De Wilck 3 grote zilverreigers en in de Oostbroekpolder 1.
In de Zuidbuurt zijn de futen een nest aan het bouwen, vlak bij hun nestplaats van vorig jaar (althans, ik neem aan dat het dezelfde futen zijn, maar dat is natuurlijk helemaal niet zeker). Ook donderdag 3 grote zilverreigers in De Wilck, evenals een roepende veldleeuwerik, in de Hazerswoudsche Droogmakerij-Noord ten westen van de Gemeneweg 26 (23+3) kleine zwanen.