Vrijdag 14 mei 2004 – Vogelpluimen

Vanmorgen een eind door de polders gefietst. Hoe prachtig bossen ook zijn, hoe afwisselend heidevelden en zandgronden, hoe fascinerend duinen en zee, hoe indrukwekkend de bergen, de weidsheid van akkers en weilanden geven me altijd een overweldigend gevoel van vrijheid, van ruimte, van rust. Ook van jeugdherinneringen.

Vanmiddag was ik op de korenmolen in Oud-Alblas, mijn geboortehuis, in de weidse polders! Met een kwartet achterneefjes lopen zoeken naar ‘vreemde beesten’. Het leverde o.a. een mooie groene kikker (Rana esculenta synklepton – Green Water Frogs) in de vijver op en een geel soldaatje (Cantharis livida – Soldier Beetle).

Langs de Benthuizer Noordpolder links en de Droogmakerij rechts naar Hazerswoude-Dorp. Het Westeinde is een bolwerk van Turkse tortels, bij elk huis en bij elke boerderij zitten er wel een paar. Hier en daar een tuinfluiter, ik zou er onderweg veel horen, ook flink wat zwartkoppen en o.a. in het Spookverlaat rietzangers, kleine karekieten en rietgorzen. Plus de ‘gebruikelijke’ vogels als tjiftjaf, fitis, mezen enz.

Bij het sportpark in Dorp een geluid dat ik dit seizoen nog niet gehoord had: een spotvogel. Het vogeltje liet zich soms even tussen de donkere bladeren zien. Bij de Amaliahut alweer een ‘nieuwe’ vogel voor dit seizoen: een boomvalk dook de bosjes in. Verder in Spookverlaat/Kruiskade geen bijzondere waarnemingen. Nog even naar de oeverzwaluwwand in de Elfenbaan gereden. In het kwartiertje dat ik er was, slechts een zwaluw uit een nest zien komen, kennelijk zitten er niet veel dit jaar of lieten ze zich niet zien.

Vandaag ook nog even wezen kijken bij de ransuil (Asio otus – Long-eared Owl) die ‘ergens’ in mijn omgeving zit te broeden. De uilen moet moet zoetjesaan jongen hebben. Op 17 april had ik de uil voor het eerst gezien. Een ransuil broedt zo’n vier weken, dus de kans is groot dat er uilskuikens zijn, meestal 3, soms meer.

Bij de brug over de Oostvaart was een boer aan het maaien. Hij stopte om een stokje te plaatsen bij het nest van een weidevogel, een vogelpluim voor deze natuurvriend! Verder op de gemaaide weilanden heel weinig nesten gezien, en al helemaal geen jonge vogels.

Misschien zijn er weinig weidevogels dit jaar, ook zijn er ongetwijfeld doodgemaaid, en kraaien, eksters en meeuwen zullen meegegeten hebben. Bij enkele boeren zag ik rijtjes doodgeschoten kraaien hangen, maar dat heeft natuurlijk geen enkele zin: er blijven er genoeg over om te roven en om op boerderijen losslingerend voedsel op te vreten.

Voor jonge weidevogels moet je naar gebieden waar nog niet gemaaid mag worden, zoals De Wilck. Daar zag ik tussen het lange gras en in de slootkanten flink wat jonge kieviten en grutto’s. Ook komen er nu steeds meer wulpen, 15 in de Generale Polder en 20 in De Wilck. Daar zweefden ook twee ooievaars. Op de hoek van het Gelderswoudse Kerkpad een twintigtal ringmussen, die ze je steeds minder maar hier hebben ze het duidelijk naar hun zin.

Over pluimen gesproken: soms zie je dat rosse stekelstaarten (Oxyura jamaicensis – Ruddy Duck) ook ‘pluimen’ hebben. Als ze aan het baltsen zijn, verschijnen er ondeugende hoorntjes bovenop hun kop! Normaal zie je die niet. Foto’s 11 mei op de Starrevaart.