Donderdag 15 juli 2004 – Twee zomertortels
Deze zanglijster (Turdus philomelos – Song trush) zong me vanmorgen voluit toe vanaf het dak van de buren.
Vanmorgen eerst even bij de oeverzwaluwen in Zoetermeer wezen kijken. In de omgeving wordt wel volop zand afgegraven en afgevoerd, maar niet op korte afstand zodat de vogels er geen last van ondervinden. De wand zag er goed uit, al lijken stortbuien hun sporen na te laten. Terwijl ik stond te kijken, liet een bosrietzanger op een paar meter afstand uit volle borst weten dat hij het naar zijn zin had. Bij het baggerdepot aan de Zwaardslootseweg een spotvogel met twee jonkies.
Juveniele rietzanger (Acrocephalus schoenobaenus – Sedge Warbler; juv) langs de Starrevaart.
Toen ik bij de Starrevaart uit de auto stapte, hoorde ik de ijsvogel al een welkomstkreet slaken, even later zag ik hem/haar over het plasje scheren. Aan de overzijde hoorde ik een zacht kiep-kiep-kiep: een waterral. Na lang zoeken vond ik de vogel tussen het riet, een juveniel, vrijwel onzichtbaar, bezig met het poetsen van zijn veren. Even later ging hij liggen slapen, helaas was het maken van een foto in zijn zeer donkere ‘bed’ onmogelijk.
Jonge spreeuw (Sturnus vulgaris – Starling; juv) scharrelde tussen de schapen op de ka naar de hut.
Zomertortels (Streptopelia turtur – European Turtle Dove) langs de Kniplaan.
Het blijft een genot om naar jonge vogels te kijken. In het riet langs de Starrevaart tal van juveniele kleine karekieten, rietzangers en rietgorzen, ook een groepje jonge groenlingen en winterkoninkjes. Ineens hoorde ik het geting van baardmannetjes en daar vlogen er drie even boven de rietkraag, in hun karakteristieke trage vlucht met hangende staart. Op deze plek, in de buurt van de hut, heb ik al eerder een paartje gezien, mogelijk dat er nu een juveniel bij was. Er is een melding geweest van twee juvenielen.
De lucht werd steeds dreigender en ik besloot terug te gaan. Maar toen ik langs de Kniplaan twee zomertortels zag foerageren, heb ik wel een uur lang omzichtig geprobeerd de vogels op de foto te krijgen. Dat is een uiterst moeilijke operatie omdat ze zich steeds drukken in de begroeiing, je ziet ze soms niet terwijl je weet waar ze moeten zitten.
Bovenzien vliegen ze bij het minste geringste weg: een paard, een luidruchtige brommer, een wandelaar die het gras inloopt. Het zijn echt prachtige duifjes, elegant en met mooie kleuren, jammer dat je ze steeds minder ziet. Verder op de plas o.a. 26 lepelaars, 1 man rosse stekelstaart, 12 kemphanen, 5 zwarte ruiters en 1 man blauwborst.
De hele zomer zaten er in de buurt van de Wilckplas rietgorzen. Dinsdagavond zag ik daar, in gezelschap van zijn vader, deze juveniele rietgors (Emberiza schoeniclus – Reed Bunting; juv).