Maandag 1 november 2004 – Onbekend geluid uit het riet

Uit het moeras bij de uitkijktoren langs de Starrevaart klonk vanmorgen een voor mij onbekend geluid. Het leek een beetje op de kwartelslag maar dan luider en langer en met wat ’trilling’ erin. Thuis heb ik mijn cd’s met vogelgeluiden afgeluisterd op rallen en reigers maar niets leek erop. Wellicht dat twee waterrallen wat ruzieden tussen het riet, of misschien een waterral en een waterhoen, en dat zij dat vreemde geluid produceerden. Want denk erom dat rallen een uitgebreid geluidsrepertoire hebben! Helaas hoorde ik het maar een keer.

Roodborst (Erithacus rubecula – Robin) op het slootafval op de parkeerplaats.

Op het plasje bij de parkeerplaats een ijsvogel en een dodaars, op de vogelplas o.a. 4 man en 1 vrouw rosse stekelstaart, 2 vrouwen brilduikers, 1 tureluur en 1 bonte strandloper. Talrijke kieviten, goudplevieren en eenden, een sperwer greep ‘iets’ op het slik en vloog ermee weg. In De Wilck en het Noord Aa-gebied 1 grote zilverreiger, in de Oostbroekpolder slechts 2 kleine zwanen.

Deze jonge zilvermeeuw (Larus argentatus – European Herring Gull) zal het niet lang meer maken. Uit zijn bek hing een vistuig met daaraan nog een paar haken en een groen-gele dobber of zoiets, zo te zien kon hij niet meer eten. Een rot gezicht. De vogel kon nog wel vliegen dus hulp was niet mogelijk.

Langs de Kniplaan zat dit mannetje torenvalk (Falco tinnunculus – Kestrel, male) vanuit een boomtop en vanaf een lichtmast naar muizen te speuren. Hij dook een stuk of vier keer tevergeefs in het gras.