Vrijdag 24 december 2004 – Nieuwe partner voor Adri?
Het wordt mogelijk een vrolijke kerst voor Adri. Dat is de naam van kleine zwaan 714A die ik eind vorig jaar voor het laatst had gezien. De vogel was met zijn partner 711A op 6 maart 1996 geringd in het Drenthse Gasselterboerveenschemond. Ze waren onafscheidelijk, ik heb ze zelfs baltsend gefilmd. Tot eind 2002, toen zag ik 714A alleen in de polders, evenals eind vorig jaar. Ongetwijfeld was 711A iets overkomen want zwanen vormen een paar voor het leven.
Dit jaar heb ik 714A niet gezien, hoewel ik daar speciaal op had gelet. Deze week kreeg ik bericht van Wim Tijsen dat hij en zijn vogelmaat Henk Schobben de zwaan in Engeland hadden waargenomen. Ze hadden hem ‘Adri’ gedoopt (ik groeide meteen een centimeter toen ik dat hoorde!), mijn verhaal van het paartje kennende. Wim en Henk steken elk jaar over om in Welney, ten noorden van Cambridge, kleine zwanen te tellen en ringen af te lezen. Op 10 en 13 december hadden ze ‘mijn’ zwaan gezien. En Wim dacht dat Adri een nieuwe partner aan zijn zijde had!
Talloze kolganzen (Anser albifrons – Greater White-fronted Goose) in de Donkse Laagte.
In mijn eigen vogelgebied is het rustig met de kleine zwanen. De groep van circa tweehonderd die op bietenresten foerageerde, is vertrokken. Geleidelijk aan schakelen de kleintjes nu over op gras, donderdag zag ik er in de Westbroekpolder 12 (9+3), Drooggemaakte Grote Polder Stompwijk 7, Wilckplas (ten minste) 3 en in de Oostbroekpolder 37 (36+1). Verder donderdag in De Wilck circa tweehonderd goudplevieren, eenzelfde aantal op de Starrevaart. Daar ook 176 wulpen en heel veel wind.
Vanmorgen naar de Alblasserwaard gegaan. Ik kom te weinig in mijn geboortestreek. Zodra ik bij Alblasserdam de tunnel uitkom (vroeger de brug over De Noord afreed), krijg ik een ander gevoel. Je roots trillen. Emotioneel? Misschien wel maar je voelt het écht. Kort bij familie geweest en toen naar het vogelweidegebied de Donkse Laagte. Daar en in de polders Zevenhoven en Gijbeland (Bleskensgraaf en Brandwijk) zitten vele, vele duizenden ganzen, voornamelijk kol- en brandganzen.
Midden in de polders, in een verloren struik langs de Geerweg, zaten 3 ringmussen (Passer montanus – Eurasian Tree Sparrow).
Het is een prachtig gezicht die ganzen te zien foerageren op de weilanden. De genten die steeds attent zijn op gevaren, mensen, maar vooral buizerds en slechtvalken, hoewel ze soms ook voor een zwarte kraai op de wieken gaan. En het is bijzonder spectaculair om die grote groepen ganzen laag boven de weilanden te zien vliegen. Ook in Polder Nieuw-Lekkerland krioelde het van de ganzen, in Polder Streefkerk (het noordelijk deel van de Donkse Laagte) zaten er vandaag geen, maar dat kan morgen anders zijn.
In de omgeving van de ganzen zitten altijd veel buizerds, ik heb er vandaag zeker 12 geteld. De torenvalken waren niet te tellen, wel de slechtvalken. Twee. Allebei bij het plasdrasgebied in Polder Langenbroek, het zuidelijk deel van de Donkse Laagte. Twee grote valken, ongetwijfeld vrouwen, een juveniele met bruingestreepte borst en heel donkere vleugels en een volwassen vrouw met heel lichtgestreepte borst en fraaie leiblauwe vleugels. In het plasdrasje ook 3 kleine zwanen, in Polder Liesveld zaten er 26 (22+4).
Brandganzen (Branta leucopsis – Barnacle Goose) zijn schaarser, hun zwart-witte verenpak is wel heel erg mooi.