Maandag 7 maart 2005 – Sporen in de sneeuw
Zondag met Nelly in het Bentwoud gewandeld. Toen was het nog prachtig wit onder een stralende zon. Twee witgatjes en drie watersnippen zaten op open plekken in slootjes naar voedsel te zoeken, wat graspiepers en veldleeuweriken maar verder weinig bijzonders.
Heel veel sporen in de sneeuw. Vooral van mensen, sleeën en honden, ook muizen herkende ik, waarschijnlijk patrijs en fazant, voor de rest kwam ik er niet uit. Ook al niet omdat de sporen door de warmte van de zon al snel wat ‘dichtsneeuwden’ waardoor ze onleesbaar werden.
Witgatje (Tringa ochropus – Green Sandpiper) aan het foerageren in het Bentwoud. Nu en dan vloog de vogel een eindje verder naar een andere stek, waarbij zijn witte ‘gat’ goed te zien was.
Ook deze graspieper (Anthus pratensis – Meadow Pipit) zat in de sneeuw van het Bentwoud.
Na de fraaie winterse zondagmorgen was het vanmorgen grauw. Het dooide stevig. De meeste slootjes waren nog dicht met sneeuwijs en in de polders was het dan ook rustig. Vogels zoals smienten verblijven massaal op grotere plassen, van kleine zwanen geen spoor totdat er rond half 12 een groep van 74 over de Starrevaart van zuidwest naar noordoost vloog.
Ook grote zilverreigers zie je de laatste tijd weinig meer in de polders, in het slootje achter de zuidelijke kade foerageerde zo’n onwerkelijk witte vogel, later stapte hij een poosje parmantig over het ijs van de vogelplas.
Op de plas zelf waren maar enkele honderden smienten, in de Meeslouwerplas enkele duizenden. lang niet zo veel als de gisteren gemelde 14.000 vogels en 10.000 op de Zoetermeerse plas. Rond het middaguur kwamen er vanuit het zuiden wel massa’s smienten aanvliegen, vele duizenden.
Grote zilverreiger (Casmerodius albus – Great Egret) aan het vissen bij de Starrevaart.
Op de Meerslouwerplas kon ik vanmorgen de kuifduiker niet meer vinden, vertrokken of ergens in het riet aan het slapen. Wel 2 dodaarzen, 3 brilduikers (1+2) en 27 (20+7) rosse stekelstaarten. In de bomen tussen de parkeerplaats en deze recreatieplas sliepen 77 houtduiven.
Een fors aantal pijlstaarten was aanwezig in de groter wordende wakken op de Starrevaart: 37 mannen en 25 vrouwen, mogelijk dat ik wat slapende vrouwen tussen de andere eenden over het hoofd heb gezien. Verder o.m. 2 kluten, 2 kemphanen, 8 grutto’s, 8 (2+6) brilduikers en 3 (2+1) nonnetjes. Tien koperwieken vlogen over naar het noorden, 2 buizerds waren elkaar aan het roepen. In De Wilck een vrouw nonnetje.
Een (jonge?) man torenvalk (Falco tinnunculus – Kestrel; male) vanmiddag bij De Wilck.