Mrt05_10

Donderdag 10 maart 2005 – Klapekster en kepen

Familiewandeling door de Amsterdamse Waterleidingduinen. Dat houdt een compromis in: geen telescoop mee, wel verrekijker en fototoestel en niet alleen lopen maar ook ruim de tijd om stil te staan! Een zeer werkbare afspraak wat vandaag, hoewel het aan het vogel-, planten- en insectenfront in dergelijk gebied nog stil is, leuke waarnemingen opleverde.

Een klapekster vormt altijd een hoogtepunt. Letterlijk en figuurlijk want deze toch vrij zeldzame vogel zit in het topje van een boom op de uitkijk en daarom zie je ze vrij makkelijk. Zo zoetjesaan zal deze ook wel naar zijn broedgebied vertrekken maar vandaag konden we nog even genieten. Niet al te lang want de vogel dook een tijdje later naar beneden en bleef onzichtbaar.

Kepen heb ik deze winter nauwelijks gezien. Volgens berichten zitten er vele honderdduizenden tegen onze zuidoostgrens aan, op trek naar Noord-Europa. In de AWD zaten er een twee of drie in een groepje vinken. Verder nog behoorlijk wat grote zaagbekken.

Brilduiker100305

Met deze brilduiker (Bucephala clangula – Goldeneye) ben ik nog niet klaar. De vogel heeft alle kenmerken van een juveniel, dat wil zeggen van de eerste periode dat hij/zij uit het ei is gekropen. Het is geen volwassen vrouw (die heeft een gele snavelpunt) en ook de iris is dof en niet zo fel geel als een adult. Maar een juveniele brilduiker in maart??

Damherten100305

Enkele malen zagen we wat damherten (Cervus dama – Fallow Dear), een stuk of tien in totaal. Ze bleven steeds tussen de begroeiing en waren daardoor niet makkelijk te fotograferen.

Dichtbij maar vrijwel onzichtbaar achter het riet was een groepje mannen en vrouwen aan het baltsen. Ik had nog nooit dat, heel aangenaam klinkende, kirrende geluid zo goed en zo langdurig gehoord. Het drong te laat tot me door dat ik met mijn nieuwe camera ook geluid op kan nemen.

Verder de ‘bekende’ soorten, zoals brilduikers, baltsende buizerds, 2 aan elkaar roepende waterrallen, dodaarzen, mezen, geen staartmees, wel enkele glanskoppen, een luid roepende boomklever, overal territorium afbakende (grote bonte) spechten.

We waren bij het Panneland de AWD ingegaan, daardoor misten we ijsvogels en grote gele kwikstaarten in de buurt van de Oase (aldus een vogelaar) maar hadden we wel de klapekster bij de Ome Janneberg. Op de heenreis een grote zilverreiger in de Groote Westeindsche Polder en bij thuiskomst een sperwer over ons huis.