Dinsdag 24 mei 2005 – Boletenzwartlijven
Wat meelwormen zijn, weet ik wel, heb ze vroeger zelfs gekweekt voor mijn volièrevogels. Dus heb ik heel wat meeltorren gezien, hun larves zijn immers die smakelijke meelwormen.
Maar ik wist niet dat meeltorren tot de familie Tenebrionidae behoren en al helemaal niet dat de Nederlandse naam voor die familie ‘zwartlijven’ is. Toch telt die familie wereldwijd ten minste elfduizend soorten en in ons land zo’n dertig. Er valt nog zo veel te leren….
Vorige week zag ik bij de Zouweboezem op een verouderde zwavelzwam enkele tientallen kevertjes kruipen. Ik dacht aan lieveheersbeestjes, daar leken ze qua postuur en grootte wel wat op. Bij navraag bleken het dus zwartlijven te zijn. In dit geval gaat het om boletenzwartlijven die paddenstoelen opvreten.
Boletenzwartlijven (Diaperis boleti – Darkling Beetle) op een uitgebluste zwavelzwam langs de Zouweboezem.
Die zwavelzwam (Laetiporus sulphureus – Chicken of the Woods) was trouwens best hoog en breed, een dikke halve meter. Waar de Engelse naam vandaan komt (boskip?), begrijp ik niet erg. (Later hoorde ik dat een jonge zwavelzwam goed eetbaar en smakelijk is. Het vlees heeft de smaak en structuur van kippenvlees.)
Hieronder nog wat foto’s van maandag uit het Buytenpark.
Haas (Lepus europaeus – Brown Hare) zit even naar me te kijken maar besluit voor de veiligheid toch maar weg te springen.
Gewone boomwrat (Lycogala epidendrum – Wolf’s udder), vroeger ook wel bloedweizwam genoemd. Kleine bolletjes in een donker hoekje, een apart gezicht.
Deze zwarte kraai (Corvus corone – Carrion Crow) verzamelde allerlei restjes om die vervolgens naar een nest te vliegen.