Vrijdag 27 mei 2005 – Dagje zwarte sterns
Voor de tweede keer in korte tijd bij de Zouweboezem geweest. Dat is overigens helemaal geen straf! Moest vanmorgen toch al een eindje die kant heen en besloot door te rijden. Ik had eigenlijk het duingebied vaag in mijn hoofd gezet, Meijendel of Amsterdamse Waterleidingduinen, maar vanwege een tropische temperatuur en een toeristische golf richting zee heb ik die missie uitgesteld.
Gek toch, maar zodra ik naar zwarte sterns sta te kijken, ben ik verkocht en bijna niet meer vooruit te branden. Is het de zwart-witcombinatie, met zo’n beetje alle grijstinten daartussen, die me biologeert? Tinten die geplakt zijn op een vogelsoort die tot de sierlijkste in het dierenrijk gerekend mag worden: de stern. Hun rauwe kreten doen weer sterk afbreuk aan dat beeld en herinneren je aan angstige films.
Zwarte sterns (Chlidonias niger – Black Tern) bij de Zouweboezem. Op de foto onder is een ei te zien.
Van nature nestelen ze op drijvende pakken waterplanten, met name krabbescheer. Toen dat door de vervuiling steeds minder voorkwam, accepteerden ze menselijke hulp door op uitgelegde vlotjes te gaan broeden. Dat mag je toch wel bijzonder noemen.
Er is niet alleen schoon en helder water nodig voor krabbescheer, maar ook voor de insecten waar zwarte sterns van leven. En ook dat is steeds minder beschikbaar. Daarom is de zwarte stern ook een bijzondere vogel in de betekenis van ‘niet algemeen’, zeldzaam dus. Op de rode lijst in de op een na hoogste categorie: bedreigd.
Purperreigers (Ardea purpurea – Purple Heron) komen niet zo graag dichtbij. Deze wel, maar hij werd steeds verjaagd door broedende meerkoeten voordat ik een goede foto kon maken.
Misschien dat onbewust al dit soort dingen meespelen als je naar de zwarte sterns staat te kijken. Als je ziet hoe de mannen voedsel voor broedende wijfjes aanslepen, terwijl op een ander vlotje het paringsritueel nog niet afgewerkt is en de nestbouw nog moet beginnen. Ze broeden niet voor niets in een kolonie dicht bij elkaar: elke aanvaller wordt collectief op de huid gezeten, een spectaculair gezicht.
Uiteraard toch nog verder gewandeld, met regelmatig op de achtergrond een roepende roerdomp, en tal van zingende bosrietzangers, grasmussen, kleine karekieten en rietzangers. Op twee plekken een snor, een sprinkhaanzanger, een blauwborst, heel kort een spotvogel.
Ook wat visdiefjes, voor de Zouweboezem een nieuwe broedsoort. Een aantal bruine kiekendieven en buizerds, een sperwer, purperreigers en verder de ‘gebruikelijke’ soorten. Geen doortrekkende ruiters of andere steltlopers in het plasdrasje bij de parkeerplaats.
Geringde zwarte stern (Chlidonias niger – Black Tern; with ring).
Bedoeling van het ringproject is te onderzoeken hoe en hoe lang zwarte sterns overleven.