Donderdag 18 januari 2007 – Een poldervogel is heengevlogen
“Ik kan je nog een heleboel leren”, zei Aad begin deze week tegen me. En: “Ik wil nog een keer met je op stap”. Hoewel we dat al een tijd niet gedaan hadden omdat hij door zijn ziekte ernstig verzwakt was. Het woordje ‘nog’ verontrustte me. Maar dat Aad vandaag al zou wegvliegen, kwam vanmiddag als een schokkend bericht.
Aad was een echte polderjongen. Iemand die van jongs af aan met zijn hengel de slootjes afstroopte; hij viste trouwens allang niet meer. Het waterhoentje was zijn lievelingsvogel. Hij wist precies wat daar aan de slootkant en onder water gebeurde.
Het was dan ook logisch dat wij elkaar voor het eerst in de polders ontmoetten. Het was in 1999, ik stond in De Wilck, in een zeer sombere periode in mijn leven. Het klikte meteen. Aad nam mij de jaren daarna ongevraagd maar spontaan onder zijn hoede en leerde mij de omgeving rond zijn woonplaats Hazerswoude kennen.
We beschouwden elkaar als vrienden. We zijn samen regelmatig op stap geweest. Aad wist veel af van (verwilderde) eenden en ganzen. Van plantjes enz. Met enthousiaste uithalen kon hij daarover vertellen, niet te stuiten. Als hij schreef, viel zijn beeldende taal op.
Sinds enkele jaren had hij longkanker, het kwam steeds terug. Enkele weken geleden begonnen nieuwe bestralingen aan zijn laatste long. “We gaan ervoor” zei hij.
Eergisteren hadden we het laatste telefonische contact. Soms moest ik driemaal vragen wat hij precies zei, de tumor beïnvloedde zijn stem. Toch kwam zijn overlijden volkomen onverwacht, vannacht in zijn slaap.
Een bijzonder sympathiek mens is heengegaan. Een echte doener die veel heeft gedaan voor o.a. de Vogelwerkgroep Koudekerk-Hazerswoude e.o., maar ook voor andere organisaties.
Julia en zoon Michael en andere geliefden zullen hem het sterkst missen. Maar elke keer als ik een waterkippie zie, zal ook ik aan Aad denken. Aan die poldervogel die anderen van harte in zijn slootje liet meezwemmen.
van een waterhoen (Gallinula chloropus – Common Moorhen).