Kleine zwanen (Cygnus bewickii – Bewick’s Swan) vanmorgen in Benthuizen.

Op de achtergrond de Zoetermeerse wijk Noordhove.

Zaterdag zaten er 35 kleine zwanen op bietenresten in de Benthuizer Noordpolder.

Toen ik er vanmorgen op flinke afstand langsreed, zag ik een lang wit lint.

Via via ben ik dichterbij gekomen en telde ik maar liefst 186 kleine zwanen.

Een heel mooi aantal, slechts twee juveniele vogels ertussen.

Vervolgens richting Starrevaart.

Er waren de afgelopen dagen, na de zware storm,zeevogels gemeld op de Meeslouwerplas.

Ik kon alleen de grote zee-eend terugvinden, ver weg op het water.

Twee geweizwammen (Xylaria hypoxylon – Candlesnuff Fungus) vandaag in het Prielenbos.

Het zijn kleine, slanke zwammetjes van enkele centimeters, vooral op dood hout van loofbomen.

En toen, en toen is het goed fout gegaan.

Met dit koude weer heb ik bescherming op mijn hoofd nodig, maar pet noch buff had ik bij me.

Met de verrekijker de plas wel afgespeurd, maar vanaf de Kniplaan viel me niets bijzonders op.

Later hoorde ik dat er een middelste jager zat, een kleine alk en een rosse franjepoot.

En al dat moois in ‘mijn gebied’ heb ik dus gemist.

Onwetend hiervan ben ik naar het Prielenbos gegaan. Daar was het erg stil, heerlijk stil!

Slechts wat mezen, het geroep van een groene specht en het hakwerk van grote bonte spechten.

In de buurt van de kijkhut lag een hoopje veren: overblijfselen van een waterral.

Alleen maar veertjes gezien, van karkas, snavel of poten geen spoor.

Mogelijk dat de rover (dat moet toch een grote geweest zijn want een ral pak je niet zo maar),

de resten meegesleept heeft naar een rustig plekje. Of dat een mens ze meegenomen heeft.

Een paar karakteristieke veren van de waterral (Rallus aquaticus – Water Rail) mee naar huis genomen.

Hieronder een waterral zoals ik ze liever zie: foto van 2 november.