Maandag 21 januari 2008 – Putter of distelvink
Putter (Carduelis carduelis – European Goldfinch). De wetenschappelijke naam betekent: op distels voorkomende vogel.
Op ons dierenkwartet dat we vroeger thuis speelden,
stond ook: putter of distelvink. Ik herinner me het plaatje nog goed.
Prachtig gekleurde vogeltjes met wit, zwart, geel, rood, bruin; ze roepen twinkelend.
In mijn jeugd in de Alblasserwaard zag je ze zelden; ik kan me er althans weinig van herinneren.
Gelukkig ‘doen’ putters het goed en tegenwoordig kan je ze overal tegenkomen, op zandgrond minder.
Vorig jaar begon een paartje in de forsythia in onze voortuin een nestje te bouwen.
Helaas is dat niets geworden. Het vrouwtje had al een ragfijne basis gelegd,
maar ik vermoed dat ze te vaak gestoord werden door wandelaars op het trottoir vlak bij hun nest.
In de herfst en de winter zie je putters vaak in groepjes op zaden foerageren,
oude klissen, misschien nog wat distels, maar vooral op elzenproppen. Die zijn rijk aan voedsel.
In het Zoetermeerse Noord Aa-gebied zat vanmorgen een groep van zo’n 25 vogeltjes.
Ze peuterden (daar komt mogelijk de naam putter vandaan) vol overgave de zaadjes uit hun bolsters.
Zo nu en dan doken er een paar naar beneden om tussen het natte gras of in een klein plasje
wat te drinken, want van eten krijg je dorst! Waarna ging het feestmaal vrolijk verder.
Putters zijn heel vriendelijke vogeltjes en – als je voorzichtig bent – ook niet schuw.
Ik heb er dan ook met veel plezier een uurtje naar staan kijken en heb wat foto’s gemaakt.
Overigens voor de liefhebbers uit het bekende boek De Nederlandse vogelnamen en hun betekenis:
een volksverhaal wil dat de bescheiden putter zich bij de schepping op de achtergrond hield.
Toen hij als laatste aan de beurt was op gekleurd te worden, waren er slechts verfrestjes over.
Hij kreeg van alle kleuren het laatste veegje en werd daardoor verrassend nog een heel fraai vogeltje!
Waarnemingen vandaag o.a.: een adulte lepelaar in de Geerpolder (een vroege terugkomer?),
vele, vele, vele honderden kolganzen in Meer-, Geer- en Westbroekpolder,
in De Wilck 1 slechtvalk en op de Zoetermeerse Plas toch weer de 2 grote zee-eenden.
Kleine zwanen: Oostbroekpolder 45 (1 adult), Meerpolder 62 en Riethoornse Polder noord 47 (4 juv.).
*****
Recensie: Insecten
Verbazingwekkende beelden van fascinerende schepsels