090929 Verstrikt in herfstspinnen


Glanskop240909A.JPG
Spinnen zijn erg interessant, maar een vogeltje vind ik toch leuker! Daarom voor de ‘spinneninvasie’ hieronder
deze foto van een glanskop (Parus palustris – Marsh Tit), een mezensoort, in onze vakantietuin.
Glanskoppen hebben een strakker befje dan de in nattere gebieden voorkomende matkoppen.

Herfstspin_man270909.JPG
Een man herfstpin (Metellina segmentata – Lesser Garden Spider) in zijn wielweb.

Gisteren ging ik de mist in met herfstspinnetjes. Gelukkig zijn er deskundige lezers die me op het rechte pad houden.
Inmiddels heb ik in het betreffende Vogeldagboek de naam gecorrigeerd van herfstspin in herfsthangmatspin.

Hoe zit het dan precies? Ik heb spinnenkenner Aart Noordam een aantal foto’s gestuurd
die ik bij onze vakantiewoning in Ruinen heb gemaakt en hij schreef me daarover het onderstaande.

Je hebt twee soorten gefotografeerd, die beide in de herfst volwassen zijn, beide zeer algemeen
en ook beide met een ‘stemvork’ op hun kopborststuk, maar ze verschillen wel totaal qua web.
De ene heeft een hangmat zoals op de foto, de ander een wielweb met ‘spaken’, zoals ook de bekende kruisspin.

De meeste wielwebspinnen hebben een levenscyclus met volwassenheid in de herfst.
De herfstspin (Metellina segmentata, uit de familie van de strekspinnen, Tetragnathidae) behoort hiertoe.
Het meestal verticale wielweb vangt actief horizontaal vliegende prooi, en dat is er vooral in de zomer, niet in de winter.

Dit in tegenstelling tot de meeste hangmatspinnen die vaak een matje spinnen vlak bij de bodem,
en met de vertering van vers strooisel in de herfst is er ook in de winter volop voedsel, vaak in de vorm van springstaarten.
Veel hangmatspinnen zijn winteractief, de hersthangmatspin (Linyphia triangularis, fam. hangmatspinnen, Linyphiidae)
heeft echter een cyclus die op de wielwebspinnen lijkt: wordt in augustus adult. Vergissing is gauw gemaakt.

Herfstspin_Herfsthangmatspin_sep2009.jpg
Naast elkaar: een man herfstspin links (Metellina segmentata – Lesser Garden Spider; male, at the left)
en een man herfsthangmatspin (Linyphia triangularis – a Money Spider; male).

Herfstspin_vrouw_sep2009.jpg
Twee vrouwen herfstspinnen (Metellina segmentata – Lesser Garden Spider; female), de zijkant en de onderkant.

Meestal hebben wielwebspinnen dikkere, sterkere poten met meer stekels.
 Hangmatspinnen hebben krachteloze, dunne poten.
Aan de basis van de poten zit bij vrijwel alle spinnen een speciale plek die ingericht is om daar de poot af te stoten
als zij door een predator worden vastgepakt. De familie Hangmatspinnen vormt hierop een uitzondering,
hier zit dit voorbestemde breukvlak op de grens van patella (knie) en tibia (scheen).
Daarom springen bij spinnen die een poot kwijt zijn geraakt, hangmatspinnen er direct uit
omdat daar het lange femur (dikke begin van de poot) nog aanwezig is.

Behalve het geheel verschillende web zijn er tussen deze ‘herfstspinnen’ nog meer verschillen:
het mannetje van Linyphia triangularis heeft verlengde cheliceren – de gifklauwen vooraan,
die een stuk langer zijn dan van zijn vrouwtje en ook langer dan van de beide geslachten van de herfstspin.

Verder heeft de herfstspin op de centrale zijde van de buik twee parallelle witte lengtestrepen.
Dit is een kenmerk dat bij de meeste wielwebspinnen voorkomt, soms rechter, soms wat krommer.
Het is een vorm van ‘disruptive colouration’, om de vorm te verdoezelen voor een naar beneden kijkende predator
(de buik van de spin is meestal wat naar boven gericht). Als het achterlichaam van hangmatspinnen een patroon hebben,
is de buik meestal zwart en de rug lichter – ze hangen omgekeerd horizontaal in hun web,
dit heft de schaduw op hun rug enigszins op.

Dit is de reden waarom ook allerlei vissen enz. juist een donkere rug hebben en een lichte buik (‘counter-shading’).
Maar de meeste zeer kleine hangmatspinsoorten (waaronder de dwergspinnen) hebben een egaal donker achterlichaam
omdat ze toch diep in strooisel verborgen zitten, of soms ook om sneller in de zon op te warmen.

Eekhoorn240909.JPG
Op het vakantiepark Lanka zitten eekhoorns (Sciurus vulgaris – Red Squirrel), ze laten zich niet makkelijk fotograferen.

Gewoneheksenboleet240909.JPG
Fraaie gewone heksenboleten (Boletus erythropus – Dotted Stem Bolete), op het Dwingelderveld.