Je ziet wel meer kleine vogels als roodborsttapuiten (Saxicola rubicola, Tarier pâtre,
European Stonechat; male, praying) staan te bidden. Niet zo langdurig als een torenvalk,
meestal maar een handvol seconden. Je moet razendsnel handelen om zo'n moment vast te leggen.
Deze foto's van man roodborsttapuit vanmiddag gemaakt in de Groene Jonker.
Dit zijn de dagen die ik liefkoos. Heldere lucht, frisse wind, stralende zon.
Niet te warm zodat het in natuur-wandelgebieden zoals de Groene Jonker
in Zevenhoven (Nieuwkoop) ook nog niet (te) druk is. Langs de rietkraag op mijn krukje!
Watervogels zijn er in dat grote moerasgebied enorm veel, in het riet is het nog vrij stil.
Een man rietgors (Emberiza schoeniclus, Bruant des roseaux, Reed Bunting; male)
begon zijn bruidslied alvast te oefenen en kwam het van dichtbij ten gehore brengen.
Man wintertaling (Anas crecca, Sarcelle d'hiver, Common Teal; male).
De wetenschappelijke naam betekent krekeend, een onomatopee zoals koekoek:
de nabootsing van de voorjaarsroep van de woerd (een duidelijk krik, kriek, kruuk)
is in zijn naam (crecca) weergegeven. In Noord-Nederland is een volksnaam krikeend.
Wintertalingen uit Noord-Europa en Rusland overwinteren hier in grote aantallen.
Als broedvogel neemt hij bij ons gestaag af, waarschijnlijk minder dan tweeduizend paar (Sovon).
Vanmorgen, een deel van de Groene Jonker, een natuurrijk moeras- en watergebied. Om te koesteren.
