Eén overwinterende notenkraker (2018/2019) in Wageningen is al een trekpleister voor talloze vogelaars.
In de vorige eeuw waren er zelfs diverse invasies van deze in ons land zeldzame kraaiachtige.
De raspende roep van de notenkraker wordt wel vaker gehoord: krrrrreh of kraah.
Tijdens het opnemen van de merelzang op 1 mei 1978 in de bossen bij Nijmegen hoorde Niek Edeling in zijn linkeroor
een heel ander geluid. Hij richtte zijn parabool en zag door een gaatje op slechts een meter of vijf
een notenkraker zitten. Een zang die zelden gehoord wordt. De opname eindigt met het wegvliegen van de vogel.
Hoe de zang te omschrijven? In de Veldgids Vogelzang staat: ‘Zang zeer zacht, alleen van dichtbij
te horen in het vroege voorjaar. Een babbelend en onsamenhangend mengsel van rasptonen, ratels, fluitjes, nasale tonen, gemiauw, klikkende tonen (zoals gaai), soms ook met snavelgekletter.