Auteurs Foto’s Uitgave |
De Nederlandse Meeuwengids
Sprinkhanen en meeuwen. Dat zijn voor mij, naast andere moeilijke soorten, de lastigste dieren om te determineren. Zelfs een expert als Ruurd-Jelle van der Leij noemt de herkenning van meeuwen ‘een echte uitdaging’. Tegelijkertijd biedt hij vogelliefhebbers ook een helpende hand. In hun boek De Nederlandse Meeuwengids leggen hij en Merijn Loeve met veel duidelijke foto’s en toelichtende teksten de verschillen uit tussen de twaalf meest in ons land voorkomende meeuwen. ’s Zomers is de determinatie van meeuwen niet zo ingewikkeld. Maar zo tussen september en maart, met diverse soorten overwinteraars in allerlei kledenvariaties, heffen vogelaars regelmatig in wanhoop hun verrekijkers ten hemel. De opzet van het boek is overzichtelijk en logisch: vijf soorten kleine meeuwen (die vanaf hun vierde kalenderjaar het volwassen kleed dragen) en zeven soorten grote meeuwen (die adult zijn vanaf het vijfde levensjaar). Van al die jaarkleden staan er foto’s en toelichtingen in het boek: bij de kleine meeuwen juveniel/eerste winter en tweede winter/adult (zwartkopmeeuw ook derde winter/adult), bij de grote meeuwen juveniel, eerste winter, tweede winter, derde winter en vierde winter/adult. Uit deze opsomming blijkt al hoeveel verschillende verenkleden er zijn. Waarbij je voor herkenning altijd moet uitgaan van meerdere onderscheidende kenmerken, omdat één karakteristiek geen zekerheid biedt over welke soort meeuw je ziet. Waarbij de kleur van de poten nog niet eens een goed kenmerk is: er zijn bijv. ook zilvermeeuwen met gele poten. Bovendien zijn er hybride meeuwen, kruisingen tussen verschillende soorten in gebieden waar ze beide voorkomen. Zoek het maar uit! Om de vogelaar de moed niet geheel in de schoenen te laten zinken, hebben meeuwenkenners Van der Leij en Loeve dit boek samengesteld. Op internet kan je heel veel vinden over meeuwenkleden, soms te veel waardoor je het spoor bijster raakt. Door de gekozen indeling in deze gids van meeuwen per soort en per winterkleed is alles gemakkelijk(er) te overzien, dat vind ik een groot pluspunt. De foto’s vormen de rode draad bij de determinatie, de korte, heldere toelichtingen over de ‘indruk’ van de meeuw, de kop, de vleugels, de staart en de poten geven het verdere houvast. Het is een boek dat voor in meeuwen geïnteresseerde natuurliefhebbers een waardevol hulpmiddel kan zijn. AdG, 5 april 2019
|
De Nederlandse Meeuwengids
|