240819 Zes jonge rietaapjes


* Woudaap, Ixobrychus minutus, Little Bittern, Blongios nain, Zwergdommel *
Vijf jonge rietaapjes op een schuine rij! Het jonkie rechtsboven is ietwat lastig te zien. Het zesde woudaapje zat steeds apart.
De ‘officiële’ naam is woudaap, maar omdat ze als aapjes door het riet klauteren, noem ik ze liever rietaapjes.
Voor een grote foto waarop het vijftal beter te zien is: KLIK HIER.

Wekenlang had het mannetje zijn baltsroep laten horen, uur na uur na uur. Omstanders toonden soms gewoon meelij met de woudaap.
Maar in de tweede helft van juni werd zijn onophoudelijke ‘geblaf’ beloond: een vrouwtje dook met hem het riet in!
Daarna werd het stil. Het paartje ging een broedplaats inrichten. De snavel van het mannetje, rood van hormonale opwinding,
werd geleidelijk aan geel. Het nest werd gebouwd op de plek waar het mannetje de meeste tijd had zitten baltsen.

Woudaapjes leggen tussen de 3 en 9 eieren, met tussenpauzes van 1 tot 3 dagen. Vanaf de eerste eieren beginnen ze te broeden.
In tegenstelling tot bijvoorbeeld hun neven, de roerdompen, broeden mannetjes ook en verzorgen ze ook hun kuikens.
Eind juli begonnen de voedselvluchten: mannetje komt aanvliegen, duikt het riet in, en na enkele minuten verdwijnt het vrouwtje
om eten te zoeken. En omgekeerd uiteraard. Vanaf dat moment duurt het nog 25 tot 30 dagen voordat de jongen vliegvlug zijn.

Een dag of tien geleden kropen de eerste jongen zichtbaar door het riet. Uiteindelijk bleken er zes kuikens te zijn.
Meestal zijn dat er drie à vijf, dus dit is een succesvol broedsel. Afgelopen weekend deden de oudste rietaapjes vliegoefeningen,
dus ze zullen nu snel ‘onzichtbaar’ zijn. Als ze eenmaal vliegen, kunnen ze ook al zelf voedsel vinden en dan moet je geluk hebben
om die foeragerende vogels nog ergens in een rietkraag te zien te krijgen. Een vrijwel onopgemerkt vertrekken ze dan naar Afrika.

Ik heb veel – vroege- uren gepost bij de rietaapjes. Om hun gedrag te observeren, om foto’s te maken, het was de moeite waard!
Op deze pagina een aantal foto’s van de vele honderden plaatjes die ik heb geschoten. Verreweg de meeste kon ik weggooien omdat rietstengels
de vogels voor een te groot deel onzichtbaar maakten. Maar ik noem ze niet voor niets rietaapjes, want riet is tenslotte hun leefgebied.
De afgelopen jaren was er een toename van het aantal broedende woudaapjes, dit jaar lijkt er landelijk een terugslag te zijn.




Mannetje komt aanvliegen met een volle krop. De jonge vogel steekt zijn snavel om de snavel van de oudervogel
(wellicht om het afgeven van voedsel te stimuleren), die draait zijn snavel in de uitgestoken bek en laat het voedsel los.



Na een handvol dagen beginnen de jonge woudaapjes al rond het nest te kruipen. Nog wat later laten ze zich soms al zien (boven)
en als ze bijna vliegvlug zijn klauteren en springen en vleugelfladderen ze volop. Onderste kuiken (zaterdag) gaat al snel vliegen.




Jonge vogels lijken na het verlies van hun donsveertjes sterk op hun moeder (bovenste van de drie foto’s).
Mannetjes zijn wat scherper getekend dan vrouwtjes. Zijn vleugels zijn zwarter, de borststrepen zijn iets minder uitgesproken.
Je moet soms goed opletten om het verschil te zien. Hierboven impressies van het vrouwtje, uit juli en van vorige week.


Het mannetje is vaker te zien (balts!) dan het vrouwtje, maar ook met broeden en voederen is hij heel actief. Een toppa!