Jonge visdief (La Sterne pierregarin, Sterna hirundo, Common Tern, juvenile) bedelt om eten.
Daar komt een ouder aan, met een wijting die op de Noordzee gevangen moet zijn
(Le Merlan, Merlangius merlangus, Whiting). Wijting is een kabeljauwachtige.
Maandag een visdief met een jonge haring (Le Hareng, Clupea harengus, Atlantic Herring).
Vorige week maandag voerde een visdief zijn/haar jong met een kleine zandspiering.
'k Was een beetje verbaasd dat een visdief maar liefst ten minste twintig kilometer
(tien heen en terug) naar de Noordzee had gevlogen om daar voedsel voor zijn kuikens
op de Starrevaart te halen. Wat blijkt nu: dit is eerder regel dan uitzondering!
Afgelopen maandag zag ik weer visdiefjes met visjes rondvliegen
die mij niet bekend voorkwamen. Het waren in elk geval geen 'bekende' zoetwatervissen.
Omdat ik daar meer van wilde weten, heb ik me vandaag op de visdieven geconcentreerd
en gezien dat ze noch op de Vogelplas noch op de Meeslouwerplas visten. Waar dan wel?
Op basis van de foto's kon Pieter Beelen van Sportvisserij Nederland vaststellen
dat ik behalve de kleine zandspieringen, maandag een jonge haring (heel misschien sprot)
en vandaag wijting (en weer spiering) in de snavels van de dieven had gefotografeerd. Noordzeevis!
Toch best bijzonder dat deze sierlijke vogels zo'n eind vliegen om voedsel te halen.
Uitgaande van een snelheid van 40/50 km/u zijn ze toch al gauw een half uur onderweg.
Rijst meteen de vraag: waarom vissen ze niet op de Starrevaart of in de omgeving?
Zouden daar (op het ogenblik) minder of minder gemakkelijk vissen te vinden zijn?
Op de Starrevaart worden ook jonge kokmeeuwen (La Mouette rieuse, Chroicocephalus ridibundus,
Black-headed Gull) nog volop gevoerd, hier met een krop vol wormen en kleine diertjes.
Toch nog even een Frans (zonne)straaltje in dit Vogeldagboek: een ontwakende
bosparelmoervlinder (Le Mélitée du mélampyre, Melitaea athalia, Heath Fritillary).
À suivre