* Zomertaling, Spatula querquedula, Garganey, Sarcelle d’été, Knäkente *
Altijd onopvallend, schuw, maar prettig om te zien: mannetje (boven) en vrouwtje zomertaling. Zomertalingen broeden in ons land o.m. in waterrijke gebieden en bouwen hun nest soms vrij ver van het water in gras, heide enz. Sinds 1990 is hun aantal meer dan gehalveerd. De broedvogelinvasie zet stevig door. Als vogels uit hun overwinteringsgebieden hier arriveren,
zoeken ze meestal eerst enkele of meerdere dagen rust en voedsel in plas-drasgebieden. Daarna trekken ze naar hun broedgebied. Vandaag zag ik in de weilanden in De Wilck en elders in de polders de eerste tureluurs en ook al een koppeltje zomertalingen in een sloot.
* Tureluur, Tringa totanus, Redshank, Chevalier gambette, Rotschenkel *
* Krakeend, Mareca strepera, Gadwall, Canard chipeau, Schnatterente *
Als een filmster omringd door haar lijfwachten loopt deze krakeend tussen haar woerden.
* Heggenmus, Prunella modularis, Dunnock, Accenteur mouchet, Heckenbraunelle *
Heggenmussen scharrelen hun kostje het liefste bijeen tussen ruige begroeiing.
* Koolmees, Parus major, Great Tit, Mésange charbonnière, Kohlmeise *
Op dezelfde plek in Zoetermeer vond een koolmees een larve in een oude boomstam. |
