Auteur Foto’s Uitgave |
Lopen langs de Linge Biografie van een ‘rivier’ met twee gezichten Ik ben geboren en getogen langs het oeroude veenriviertje de Alblas, verder oostwaarts Graafstroom geheten. Westelijk gedeelte oorspronkelijke rivier, oostelijk deel gegraven. Er voeren binnenschepen die via een sluis in Alblasserdam vanaf de grote rivieren binnenkwamen, met steenkolen en veevoer. Ik herinner me nog mijn vader die zakken (met pulp) sjouwde van zo’n schip naar onze korenmolen. In latere jaren kwam ik regelmatig langs de Linge, een rivier die me in enkele opzichten aan de Alblas deed denken. Vooral dan wat betreft het natuurschoon. Beide wateren hebben gemeen dat ze gedeeltelijk zijn gegraven en gedeeltelijk een natuurlijke oorsprong hebben. Daarmee houdt de vergelijking op. De Linge is met zijn 108 km tien keer zo lang als de Alblas. De langste geheel Nederlandse rivier is zevenhonderd jaar voor de jaartelling als zijarm van de Rijn ontstaan en loopt van Doornenburg tot Gorkum. Eerst als brede sloten, later als meanderende rivier, vrachtvaart kwam op de Linge niet voor. Wel prachtige natuur met een levendige geschiedenis en fraaie landschappen. De toeristische druk op dit gebied is dan ook groot. Dat was volgens een anonieme wandelaar die in in 1884 het fraaie dorpje Acquoy (beschermd dorpsgezicht) bezocht en een reisverslag in Het Nieuws van den Dag publiceerde, wel anders: “Menschen, die enkel reizen om land, water en boomen te zien, komen hier nog maar hoogst zelden”. Nu en dan kwam er hooguit een koopman of iemand van het kadaster. Waarom de Linge nu zo geliefd is bij liefhebbers van een mooie omgeving en een rijke geschiedenis, vertelt Harry Stegeman die wandelingen langs het hele gebied van de Linge maakte. Zijn verhalen bieden een voortreffelijk beeld van door de eeuwen heen veranderende landschappen. Het mooiste gedeelte van de Linge ligt tussen Geldermalsen en Leerdam/Arkel. In tegenstelling tot de Alblas, zijn langs de Linge tal van invloeden van oorlogen te bespeuren. De (Nieuwe) Hollandse Waterlinie met o.a. het indrukwekkende Fort Asperen, drukken hier en daar een krachtig stempel op dit gebied. Een streek van de Zuiderzee tot de Biesbosch kon onder water worden gezet, veertig centimeter diep, te ondiep voor vaartuigen en te diep voor voertuigen. Het onderhoudende boek van Stegeman kan model staan voor de ontwikkeling van de meeste rivieren in ons land met geulen, graslanden, ooibossen, strandjes, overstromingen en bewoning, met allerlei verschillende eigenschappen. Zelf noemt hij de Linge “een pakkende rivier: van een schuchter begin bij Doornenburg tot de statige finale in Gorinchem”. Helemaal mee eens! AdG, 24 januari 2020
|
Lopen langs de Linge
|