Okt04_13

Woensdag 13 oktober 2004 – Zeldzame ‘grote franjepoot’ op Starrevaart

Het was grijs vanmorgen, de voorspellingen waren niet best en zo voelde ik me ook. Dus nam ik me voor vandaag alleen wat uit te waaien en even op de Starrevaart te gaan kijken waar luchtfoto’s gemaakt zouden worden. Het pakte geheel anders uit!

Onderweg 2 late boerenzwaluwen boven de Benthuizer Noordpolder, 14 kleine zwanen in de Westbroekpolder (later ook 2 op de Starrevaart, waar verder o.a. 2 grote gele kwikstaarten, 1 waterpieper en 1 zilverplevier) en een grote zilverreiger in de Geerpolder.

Ik had niet verwacht dat er met dit grauwe weer vogelaars in de Starrevaarthut zouden zitten, maar dat had ik mis. Aanwezig was o.a. Hans Hersbach die een ‘afwijkend’ vogeltje had zien vliegen. Samen met Rogier Verbeek hadden ze al gauw de conclusie getrokken dat het een franjepoot was. Maar welke? Zowel rosse als grauwe franjepoten worden maar mondjesmaat waargenomen en dan nog meestal aan de kust, niet op een binnenwater als de Starrevaart. Hoewel de laatste jaren daar telkens zo’n rosse franjepoot was opgedoken.

Al snel stelden we vast (maar zoals gezegd was het zicht slecht en de afstand groot, ongeveer vierhonder meter) dat de zwarte kopkenmerken van de beide soorten franjepoot afwezig waren. De vogel was verder van kop tot puntje staart vrij egaal grijs, vleugelpunten wat donkerder, op de flanken schemerde iets van lichtbruin, buik en borst effen wit. De vogel was groter dan een bonte strandloper die ernaast liep, liep sierlijk met lange nek als de veel grotere zwarte ruiter, had een spits snaveltje en toen het lichter werd, zagen we dat ook de poten licht waren, soms was tegen de donkere slikachtergrond zelfs geel te zien.

Vooral het ontbreken van het ‘gezichtsmasker’ leidde ertoe dat we op een gegeven moment voorzichtig durfden te opperen dat het verenkleed er eigenlijk uitzag zoals van de grote franjepoot in de boeken die we bij ons hadden. Maar dat is een zeer zeldzame vogel uit Noord-Amerika, slechts enkele tientallen malen in ons land gezien, en daar durf je dan niet meteen aan te denken.

Het foerageergedrag stemde echter ook volledig overeen met de beschrijvingen: in tegenstelling tot zijn soortgenoten die zwemmend voedsel zoeken, foerageerde deze franjepoot vrijwel uitsluitend op het slik, heel druk als een echte franjepoot. Eenmaal vloog de vogel kort op en we dachten géén vleugelstrepen te zien, ook een kenmerk van een grote franjepoot.

We zijn toen maar eens wat gaan bellen met vogelaars die ervaring met franjepoten hebben. En zo loste de puzzel zich stukje bij beetje op. Nadat de eerste deskundigen gearriveerd waren, leek determinatie al nagenoeg zeker en toen de vogel ook nog eens mooi ging vliegen was het honderd procent zeker: geen vleugelstrepen en een witte stuit, mooie gele poten, een 1e winter grote franjepoot! Daarna werd ‘groot alarm’ geslagen en werd het voor mij tijd om te vertrekken om tóch nog een Vogeldagboek te maken.

Grotefranjepoot131004A

Helaas was het maken van aanvaardbare foto’s door de afstand, het matige licht en de beweeglijkheid van de grote franjepoot (Phalaropus tricolor – Wilson’s Phalarope) vrijwel onmogelijk. Maar omdat het zo’n zeldzame vogel is, hierbij toch een plaatje plus een uitvergroting. Het vogeltje is ongeveer 23 centimeter groot, op de foto valt het verschil met de zwarte ruiter rechts (ca. 31 cm) goed op. Met enige goede wil zijn op de foto ook de gele poten van de franjepoot te zien.

Grotefranjepoot131004Aa