Dinsdag 20 april 2004 – Rietzangers massaal gearriveerd
En ineens zijn ze daar, de rietzangers. Overal waar riet staat langs de Starrevaart, hoor je hun gezang, zie je ze hun parachutevluchtjes maken en zitten ze in de riethalmen te zingen. Ik heb ze niet precies geturfd, maar in een wandelrondje rond de vogelplas zaten er zo’n vijftien à twintig. Nu nog de kleine karekieten, wat snorren, bosrietzangers en ander rietspul en de rietkragen zitten weer boordevol leven.
De rietzangers (Acrocephalus schoenobaenus – Sedge Warbler) verlevendigen de rietkragen met hun gezang en vluchten boven het riet.
Aan soortenrijkdom vandaag toch geen gebrek, ik heb thuis eens nageteld welke soorten ik allemaal gehoord of gezien had, en kwam uit op 75. Niet opzienbarend, een leuk aantal. Wel redelijk spectaculair waren de maar liefst 36 regenwulpen die op het slik zaten te rusten, maar snel vertrokken toen een helikopter de rust verstoorde.
Groenpootruiters (Tringa nebularia – Greenshank) zijn op het ogenblik regelmatige gasten op de Starrevaart.
Kleine plevieren (Charadrius dubius – Little Ringed Plover) broeden regelmatig langs de Starrevaart, ook nu zijn er weer een aantal van deze vogeltjes aanwezig. Let op de gele oogring, bontbekplevieren hebben die niet, maar die hebben wel weer opvallende geeloranje poten.
De opvallendste waarnemingen: geoorde fuut 2, lepelaar 3, zomertaling 4 man, rosse stekelstaart 14 (8+4), brilduiker 4 (1+3), een boven het riet spelend paartje bruine kiekendieven, 2 aan weerszijden van de toren roepende waterrallen, kleine plevier 3, kleine strandloper 1, witgat 1, oeverloper 1 (al een tijd niet gezien!), zwarte ruiter 3, groenpootruiter 1, grutto 140 (bijna allemaal islandica’s), watersnip 3, kemphaan 3 en een stuk of 6 blauwborsten.
In De Wilck 1 lepelaar en een hermelijn die een jong haasje te pakken had. Met ongelooflijke kracht en snelheid nam hij of zij de relatief grote prooi over een afstand van zo’n 150 meter mee naar een slootkant waar de rover uit het zicht verdween.
Mannetjes blauwborsten vallen sterk op door hun zang en kleur, vrouwtjes (Luscinia svecica cyanecula – White-spotted Bluethroat, female) scharrelen meestal wat onopvallend over de slikken, zoals op de foto.