Juni 2002 – De Lot 7
Zonder hulp van deskundige lezers van Vogeldagboek zou ik niet alle planten en insecten op naam kunnen brengen, dank! Zoals van onderstaande korstmossen uit de Franse Lotstreek. Je ziet daar heel veel korstmossen op bomen, stenen en noem maar op, vooral omdat de lucht in het gebied zo schoon is. Fascinerend om naar te kijken. Mysterieus ook, dubbelwezens, via een samenlevingscontract tussen een zwam en een wier. Symbiose, zoals dat heet. Taaie wezens die onder extreme warme of koude omstandigheden kunnen overleven.
Melig takmos (Ramalina farinacea)
Groot dooiermos (Xantoria parietina, gelig) en gestippeld schildmos (Parmelia subrudecta, blauwgrijs)
Melig takmos en gestippeld schildmos zijn gevoelig voor zwaveldioxide en komen nauwelijks in industriegebieden voor. Bij toename van ammoniak in de lucht wordt de zure schors van veel bomen basischer waardoor daar ook groot dooiermos kan gaan groeien. In de buurt van veeteeltbedrijven (en ganzenkwekerijen?) kun je deze oorspronkelijke steenbewoner massaal aantreffen.