Woensdag 7 augustus 2002 – Paniek: de arenden zijn er!
Viermaal gingen de duizenden vogels op de Starrevaart vanmorgen de lucht in, telkens was een overvliegende roofvogel de aanleiding. Een sperwertje, een vrouw bruine kiekendief, een heel donkere buizerd en twee visarenden, die tegelijk van noord naar zuid de plas overstaken en voor grote paniek zorgden, zelfs de circa zestig lepelaars gingen op de wieken. Vogels voelen zich in de lucht ongetwijfeld veiliger dan op de grond, daarvoor hebben ze tenslotte vleugels meegekregen.
Elke dag kan je op het ogenblik op de Starrevaart tientallen lepelaars (Platalea leucorodia, adult) bewonderen
De aandacht van de vogelaars was verder vooral gericht op de porseleinhoentjes. Eentje liet zich regelmatig tussen de rietranden tegenover de uitkijktoren zien. Precies aan de rand van hun foerageergebied hadden twee videografen zich tussen het riet verstopt (niet erg onopvallend trouwens met nagenoeg witte kleding en druk pratend en lachend), de witste van de twee liet zelfs z’n hond in het riet uit! Dat daardoor twee bosruiters wegvlogen, was hem kennelijk worst. Het blijft jammer dat je telkens weer moet vaststellen dat sommige fotografen en vogelaars zich weinig om de rust van de vogels en het kijkplezier van anderen bekommeren. Stel je voor dat iedereen zo dicht op de vogels zou kruipen, dan bleef er geen een zitten.
Het aantal goudplevieren, dat in onze contreien komt aansterken voordat de trek naar het zuiden wordt voortgezet, neemt gestaag toe. Vanmorgen telde ik er 205. Als de zon op hun verenpak schijnt, lijkt het goud er vanaf te spatten. De meeste hebben nog hun zwarte zomerbuik. Het is niet alleen een prachtige vogel, als ze in groepsverband ‘zingen’, weet je niet goed wat je hoort. Heel onregelmatige, zachte, melancholische fluitgeluiden die je aan verleidelijke sirenes doen denken.Verder op de vogelplas o.a. 1 kleine strandloper, 1 geoorde fuut, de KS-aalscholver en 38 grutto’s.
Dood en leven liggen in de natuur heel dicht bij elkaar. Deze kokmeeuw (Larus ridibundus, missing part of tail) mist een groot deel van z’n staart, kon zo te zien niet meer vliegen, bij het lopen, klapte hij telkens voorover. Je moet vrezen dat zo’n vogel snel zal doodgaan.
De twee sperwerjongen zonder moeder in het Prielenbos maken het nog steeds goed. Gisteravond was een jong een eindje bij het nest vandaan aan het bedelen (heb geen voedseloverdracht gezien), de andere vogel zat op het nest, maar gezien z’n grootte zal dat wel niet zo lang meer duren. Bij de Wilckplas vanavond, waar het water net als in de Starrevaart in twee dagen tijd flink wat hoger is komen te staan, foerageerde een prachtige adult purperreiger.