Wonderbaarlijke dieren (die echt bestaan)

Wonderbaarlijke_dieren

Auteur
Katherine Rundell

Illustraties
Talya Baldwin

Vertaling
Inge Pieters

Uitgave
Thomas Rap 2023
208 pagina’s, 16 x 21 cm
ISBN 978 94 0041 010 7
€ 23,99

Oorspronkelijke titel
The Golden Mole: and Other Living Treasure
Faber & Faber 2022

Wonderbaarlijke dieren (die echt bestaan)

Een betoverend bestiarium

De titel doet vermoeden dat de lezer eenentwintig diersoorten voorgeschoteld krijgt die hij in levende lijve waarschijnlijk nooit zal zien. Het tegendeel is waar. Er zijn wel hoofdstukken gewijd aan bijvoorbeeld de Groenlandse haai, de narwal, het schubdier en de goudmol, maar het merendeel van de beschreven dieren kunnen we regelmatig ontmoeten. Gierzwaluw, kraai, egel, ooievaar en vleermuis zijn nog algemene verschijningen.

Het wonderbaarlijke zit hem in het leven van de dieren. In elk hoofdstuk lees je over de grote prestaties en het bijzondere gedrag en soms een anekdotische beschrijving zoals die over Jane Morris die een wombat uitliet aan een riem, alsof het een hondje was. Of hoe het bij een Amerikaanse tandarts opkwam om guanovleermuizen in te zetten om in de Tweede Wereldoorlog Tokio in vlammen te doen opgaan. Voor degenen die zich verder in een dier of een onderwerp willen verdiepen, verwijst de schrijfster regelmatig naar andere bronnen.

Rundell slaagt erin om prestaties van dieren in een perspectief te zetten. De twee miljoen kilometer die een gierzwaluw tijdens zijn leven vliegt is op zich een groot getal, maar krijgt door de toevoeging dat dat genoeg is om twee keer heen en weer naar de maan te vliegen en dan nog eens terug voor mij veel meer inhoud.

Of het aan de vertaler ligt, of omdat er niet goed gecheckt is, weet ik niet, maar soms kloppen de feiten niet. Zo krijgt de grootste onder de gierzwaluwen, de witnekgierzwaluw, een spanwijdte van vijfentwintig centimeter. Onze ‘eigen’ gierzwaluw heeft al een spanwijdte van tweeënveertig tot achtenveertig cm… Wellicht bedoelde de schrijfster/vertaler de lengte van de vogel, die inderdaad vijfentwintig cm is. De spanwijdte van een witnekgierzwaluw is 45 à 55 cm!

Aan het begin van elk hoofdstuk staat een mooie afbeelding van het beschreven dier in een karakteristieke houding. Alleen in het laatste hoofdstuk ontbreekt zo’n illustratie. Daar zien we een stukje van onze planeet. Dat hoofdstuk gaat dan ook over ‘de mens’. Als een rode draad door alle hoofdstukken loopt de manier waarop wij als mensen, met dieren in het bijzonder, omgaan met de natuur. Daar word je niet vrolijk van. Het verhaal van een bejaarde sibille die negen boeken vol profetieën te koop aanbood aan de laatste koning van Rome, is daarvan een prachtige illustratie.

Ko Katsman, 5 mei 2023