Deze ransuil (Asio otus – Long-eared Owl) moest zich vandaag tijdens de zeer harde wind stevig aan een tak vastklemmen.

Ransuilen en roerdompen zijn meesters in camoufleren.

Op hun roestplaatsen moet je vaak heel goed kijken

om ransuilen tussen de meestal dichte takken te kunnen zien.

Zelfs als je hun roestplaatsen kent, moet je soms nog behoorlijk speuren.

Vandaag diverse roestplaatsen van ransuilen bekeken, zoals altijd voorzichtig, vanaf afstand.

Een uil had zich ‘verstopt’ in een nogal kale boom en die kon ik zonder verstoring fotograferen.

Net als watersnippen zijn roerdompen nog moeilijker dan uilen te ontdekken.

Natuurlijk, soms zie je een roerdomp op het ijs lopen, of voor een rietkraag staan. Easy.

Maar als ze tussen de rietkragen aan het foerageren zijn, met hun trage bewegingen,

kost het vaak moeite om ze te zien, zelfs als staan ze op een paar meter afstand.

Roerdomp (Botaurus stellaris – Great Bittern) in een slootje tussen dichte rietstengels.

Vandaag ontdekte ik weer eens zo’n prachtige, mysterieuze vogel in het riet.

Ik heb hem twee uur lang kunnen bewonderen, op vier, vijf meter. Geheel één met de rietstengels.

Als ik mijn ogen ook maar even afwendde, moest ik soms weer goed ‘zoeken’ om hem terug te vinden.

De vogel was uiterst alert. Als er een helikopter overvloog, volgde hij die met zijn snavel recht omhoog.

Auto’s, wandelaars en zeker pratende fietsers volgde hij met zijn kop tot ze een eind verder waren.

Aan harde geluiden als knetterende brommers of luid ronkende tractors had hij een hekel:

dan onderbrak hij soms zijn jacht en verdween tussen het riet, om een poosje later terug te keren.

Vissende roerdomp: de snavelpunt schuin onder water.

Zijn vistechniek blijft boeiend om te zien. Met een uitgerekte nek (en die is dan lang hoor!)

steekt hij zijn snavelpunt schuin in het water, draait nu en dan zijn kop en speurt naar beweging.

Niets te zien of te voelen, ietsje verder nog eens proberen, en zo maar door.

Al met al ving hij in die paar uur een tiental diertjes, niet te zien wat, wel allemaal klein.

Enkele andere waarnemingen: in De Wilck de twee slechtvalken, 2 grote zee-eenden op de Zoetermeerse Plas

en 40 kleine zwanen in de Grote Polder Zoeterwoude en 52 in de Meerpolder Stompwijk.