Vleugels

Vleugels.jpg
 

Auteur
Achilles Cools

Uitgave
Atlas 2010, 208 pagina’s, 15 x 23 cm
ISBN 978 90 450 1623 8
€ 25

 

Vleugels

Een boek van Achilles Cools lezen betekent dat je met twee benen in het wild wordt gezet. Zo staat hij zelf ook het liefst. De jodel van de wulp zweeft om je hoofd, de Beethoven-tune van de stakker van de akker (geelgors) dringt je oren binnen, je voelt de heide trillen, je komt ogen te kort om al zijn ervaringen te zien, je wordt in vijftig verhalen en vijftig schilderijen diep meegetrokken in zijn natuur(droom)wereld in reservaat De Liereman.

Cools staat bekend als de kauwenman, zijn onderzoek naar het gedrag van vogels en andere dieren is daarmee begonnen. Ook in Vleugels komen kauwen voor, beschreven en geschilderd. Met evenveel Vlaamse zwierigheid stelt hij andere bewoners van zijn Hof van Cools voor.

De bonte vliegenvangers waaraan hij nestkasten verhuurt, als huisbaas vermaakt hij zich kostelijk door soms lege nestkasten te verhangen. De bosuilen die hij met keihard geluid lokt om in zijn tuin te broeden, met als dank een mep van een uilenvleugel op zijn hoed.

Het zijn zeer vermakelijke verhalen met vaak onverwachte slotzinnen, als in een epigram, soms leuk, soms met stof tot nadenken, soms teder, soms schokkend zoals het verhaal over de visarendnesten.

Wereldverbeteraar Cools laat niet na om en passent iedereen te kapittelen die de natuur met voeten treedt, over het teloorgaan van de natuur, over de slachtoffers van automobilisten, over plezierjagers (“de soort die het evenwicht verstoort”).

De schilderijen van de veelzijdige natuurkunstenaar Cools hebben een kenmerkende stijl. Via lijnenspellen worden relaties gelegd met de omgeving, met soortgenoten, met andere dieren, met mensen. Het zijn geen vrijblijvende kunstwerken maar ze dragen een diepere betekenis uit, vaak met de dood op de achtergrond. Want naast het fascinerende leven dat Cools in deze magnifieke verhalen- en platenbundel schildert, mijdt hij de onvermijdelijke dood niet. Zelfs de ultieme roofvogel, de slechtvalk, ziet hij als ‘”de vliegende dood zelf”.

AdG, 22 november 2010