Mezelf vandaag een herkansing geboden en opnieuw naar de Hellegatsplaten afgereisd. Echter niet nadat ik de getijdetabel had bekeken en wist dat het water bij vogelhut 'de Visarend' rond de middag laag zou staan en je de vogels van dichtbij op de drooggevallen Ventjagersplaten zou kunnen zien.

Daarom eerst naar een andere kijkhut in de buurt geweest, 'de Zwartkopmeeuw' in Ooltgensplaat. Moeilijk te vinden maar meer dan de moeite waard. Vooral de wandeling door het natuurgebied achter de dijken naar de hut is er een om in te lijsten. Het is in deze uithoek rustig, maar dan ook écht rustig. Geen storende geluiden van verkeer of andere menselijke activiteiten, vandaag zelfs geen sterveling gezien.

Nadat ik de dijk over geklauterd was, hoorde ik al een wielewaal roepen. Toen ik door de kijker probeerde hem op te sporen, zag ik een kramsvogel in de top van een kale boom! Even later vloog hij weg onder het uiten van zijn bekende tsjak-kreten. Een wel heel vroege wintergast!


Paapje (Saxicola rubetra - Whinchat) boven in een boom bij het Hellegat.

Daarentegen zaten zomervogels als fitissen nog volop te zingen, een paapje zat boven in een boom, een familie roodborsttapuiten zat op de uitkijk in een struik. Veel vlinders, de vorige keer waren me de flinke aantallen oranje zandoogjes ook al opgevallen. In de hut stonk het, de wind blies een dikke drap van algen tegen de kant. Toch een vlug rondje met de telescoop gemaakt, o.a. 1 bontbekplevier, 1 witgat, 5 gele kwikstaarten en 14 oeverlopers.

Via de sluipwegen die ik vorige week had geleerd, naar 'de Visarend' gereden. Nu het water laag stond, kon ik echt m'n ogen uitkijken. Gisteren schreef ik over zo'n zestig kemphanen in De Wilck, hier heb ik niet eens geprobeerd ze te tellen, enkele honderden, ook al veel vrouwtjes. Kieviten, grutto's, meeuwen, eenden, alle aantallen in het kwadraat.


De krombekstrandlopers (Calidris ferruginea - Curlew Sandpiper) zijn aan het ruien en hebben nog een donkerrode gloed op hun borst, de vogels kwamen helaas niet wat dichterbij voor een betere foto.

En tussen al dat vliegende, slapende en etende spul maar speuren naar vogels die je niet elke dag ziet. Zoals 6 casarca's, een mooie geel-bruine Oost-Europese gans met lichte kop waarvan je niet weet of het 'echte' ganzen zijn of dat ze uit gevangenschap zijn ontsnapt. Een kleine zilverreiger, 2 bosruiters, 13 bontbekplevieren, 1 bonte strandloper, 14 krombekstrandlopers, 4 laag over het water jagende juveniele zwarte sterns, 6 zomertalingen.

Langs het riet scharrelde een waterral, net als ijsvogels een soort die ik dit jaar in eigen omgeving nauwelijks heb gehoord of gezien. Twee dwergsterns vlogen voorbij, mini-visdiefjes, zo klein maar zo sierlijk, dansend op de golven van de wind die in de delta vandaag aangename verkoeling bracht. En ineens was daar dan toch nog de visarend, de reden waarom ik vorige week naar het Hellegat was gegaan. Ik had hem niet zien vissen maar zag hem recht naar de hut toe komen vliegen, met een forse vis in zijn poten, en weg was hij al weer, naar een rustige plek om te lunchen.


Maandagavond vlogen er in De Wilck flink wat argusvlinders (Lasiommata megera - Wall Brown), zoals dit vrouwtje.