Er komen nog maar een paar Vogeldagboeken uit Frankrijk: het vakantiegevoel begint weg te ebben. Steeds meer merk ik hoe moeilijk het is om flora en fauna precies op naam te brengen. Neem nou sprinkhanen: zelfs deskundigen zeggen dat als ze het geluid niet horen, ze geen zekerheid kunnen bieden. Onderstaande grote sprinkhaan heb ik aan diverse 'beroeps' en amateurs voorgelegd.
Het is in elk geval een nimf, een onvolwassen dier. Die zijn bijzonder moeilijk op naam te brengen, in tegenstelling tot de imago's, de volwassen dieren. Ook voor kenners is het moeilijk. Dit is waarschijnlijk de nimf van een grote groene sabelsprinkhaan.
Waarschijnlijk de nimf van een grote groene sabelsprinkhaan (Tettigonia viridissima - Great Green Bush-cricket) bij de bakker op de camping.
Dit is een duidelijke: een gewone bidsprinkhaan (Mantis religiosa - Praying Mantis).
|
|
Over hoornaars gaan de meest wilde verhalen. Het zijn in elk geval supergrote wespen die gemeen kunnen steken, net als andere wespen. Laat je ze met rust, dan gebeurt er niets. Bovendien vallen ze je niet lastig als je met een witbiertje op een zonnig terras zit. Op de foto een hoornaarzweefvlieg (Volucella zonaria - Hoverfly), lijkt op een hoornaar maar is een voor de mens onschuldige zweefvlieg.
Een van de mooiste vlindertjes die ik in de Gers zag: een tweekleurig hooibeestje (Coenonympha arcania - Pearly Heath) in Nederland verdwenen, in Vlaanderen kennelijk nog een enkele maal gezien.
Lichtgroen licht in de duisternis gaf dit vrouwtje glimworm (Lampyris noctiluca - Common Glow-worm; female), een zgn. vuurvlieg, een keversoort. Op de foto's een vrouwtje, met flitslamp gefotografeerd zodat haar groene gloed aan de lichte onderkant niet zichtbaar is.
(wordt vervolgd)
*****
Recent verschenen: Dood doet leven
|