Het gebagger rond de Starrevaart werkt als een magneet op sommige vogelsoorten - en dus ook op mij. 'k Wilde vanmorgen, tegen de middag, wel eens zien hoe het er voorstond. Een waterpieper die al uit zijn broedgebied is komen aanfladderen liet zich aanvankelijk goed zien, daarna niet meer. Een grote gele kwik dook in de baggeropslag neer maar was meteen verdwenen.
Waterpieper (Anthus spinoletta - Water Pipit) bij de baggeropslag.
Die baggeropslag is aan de noordkant van de vogelplas. Gehoopt wordt dat ook daar riet gaat groeien, zodat er meer moerasvogels in de plas geïnteresseerd raken.
Waterpiepers onderscheiden zich van graspiepers door o.a. hun lichte oogstreep en donkerder poten. In de vlucht zijn ze trager en zwaarder dan graspiepers. Onderscheid tussen de roep van gras-, water- en oeverpieper is lastig.
|
|
Hier sta ik, ik kan niet anders: ekster (Pica pica - Common Magpie) langs de Starrevaart.
WItte kwikstaart (Motacilla alba - White Wagtail; 1st winter). Dit is een 1e-wintervogel, duidelijk te zien aan de geelachtige gloed op de kop.
Verder op de Starrevaart o.a. 1 grote zilverreiger, 4 overvliegende ooievaars, 1 roepende waterral bij de hut, 2 krombekstrandlopers, 1 bonte strandloper, 2 kemphanen en 2 grutto's.
|