l'Oedipode automnale. Aiolopus strepens, geen Nederlandse naam. Gefotografeerd op onze camping Le Soleil Fruité.
Determinatie van plant en dier valt niet altijd mee. Zeker herkenning van foto's is vaak erg lastig.
Vlinders als blauwtjes moet je eigenlijk in de hand bekijken,
maar daar begin ik niet aan: dat laat ik over aan de deskundigen.
Sprinkhanen zijn nog moeilijker, vind ik. Een onmisbaar hulpmiddel daarbij is het geluid.
Helaas is mijn kennis van al dat gestriduleer, dat getjilp in het gras miniem.
Bij de determinatie van de blauwtjes en de sprinkhanen op deze pagina
heb ik hulp gehad van (Franse) kenners. Maar ook zij konden niet altijd uitsluitsel geven.
Chorthippus spec. Beide diertjes uit het 'bruine-sprinkhanencomplex'.
Links kan zowel bruine sprinkhaan (Chortippus brunneus) zijn,
of ook ratelaar (C. biguttulus) of zelfs snortkikker (C. mollis).
Rechts is mogelijk een snortkikker of een ratelaar.
Als niet zeker is om welke soort het precies gaat, plaatst men achter de genusnaam het woord spec.;
dat is de afkorting van speciës: bepaalde soort van plant of dier.
Zoals ik dat ook heb gedaan met de blauwtjes en de sprinkhanen.
Even mijn biologielessen in herinnering roepen.
Oef, dat is lang geleden, de bioloog Arno van Berge Henegouwen heeft me moeten helpen,
hoewel ik mijn HBS-boek Hoofdzaken der Biologie deel III uit 1959 nog heb!
De indeling van blauwtjes in de biologische systematiek is als volgt:
Rijk Animalia (Dieren), Stam Arthropoda (Geleedpotigen), Klasse Insecta (Insecten), Orde Lepidoptera (Vlinders),
Familie Lycaenidae (Blauwtjes) en Genus Maculinea en vervolgens de soortnaam.
De indeling gebeurt op basis van gemeenschappelijke eigenschappen.
Dit zijn (twee verschillende) juveniele sprinkhanen, mogelijk Stenobothrus spec. Foto's gemaakt op de Col de Tourniol.
Elke soort van een familie heeft een wetenschappelijke naam die uit twee woorden bestaat.
De Zweedse arts/bioloog Carolus Linnaeus heeft deze tweedelige naam ingevoerd.
Het eerste woord is de geslachtsnaam (Genus; deze heeft niets met de sekse te maken) en krijgt een hoofdletter.
Deze naam geldt dus voor alle soorten die in dat Genus zitten.
De tweede is te zien als een toevoeging en wordt met kleine letter geschreven.
Die toevoeging geeft meestal extra informatie over de soort,
zoals over het gebied van herkomst, de kleur, het geluid, een eigenschap enz.
Le Bleu-nacré d'Espagne ou l'Argus Bleu-nacré.
Alle blauwtjes heb ik gefotografeerd langs de oever van de Drôme. Dit is een Polyommatus spec.
Twee foto's van dezelfde vlinder, een bleek blauwtje (P. coridon) of een Provençaals bleek blauwtje (P. hispana).
Ze lijken sterk op elkaar, de P. hispana vliegt vroeger dan de P. coridor.
Ook worden nieuwe soorten wel naar mensen vernoemd.
Zo heeft Arno bijvoorbeeld een door hem ontdekte Spaanse waterkever Hydrochus nooreinus genoemd.
Hydrochus = waterkever en nooreinus is een persoonlijke toevoeging,
een samentrekking van de meisjesnaam Noor en de jongensnaam Reinier.
Toen hij de nieuwe soort ontdekte, waren dat de namen die hij en zijn vrouw bedacht hadden
voor hun nog ongeboren derde kind Noortje.
Overigens: zoals het goede wetenschappers betaamt,
bestaat er geen eenstemmigheid over de schrijfwijze van de namen in Nederlands, Engels enz.
In Vogeldagboek houd ik de officiële spelling aan, of de schrijfwijze die in een land gebruikelijk is.
Nederlandse namen met kleine letters, Engelse namen met hoofdletters.
Om de leesbaarheid te bevorderen, gebruik ik zo min mogelijk hoofdletters.
À gauche de haut en bas: l'Argus Bleu Céleste, l'Argus Bleu Roi et l'Argus Bleu.
À droite (probable) l'Argus Bleu et l'Argus Bleu Céleste.
Op de foto links van boven naar beneden: Adonisblauwtje (Polyommatus bellargus - Adonis Blue),
Esparcetteblauwtje (P. thersites - Chapman's Blue) en een heideblauwtje (Plebeius argus - Silver-studded Blue).
Rechts waarschijnlijk een heideblauwtje met een esparcetteblauwtje.
(slotaflevering serie La Drôme volgt)
*****
Nog wat recente waarnemingen.
Dinsdag. Starrevaart dodaars 1, aalscholver 58, lepelaar 16, bontbekplevier 1, goudplevier 350, kleine strandloper 1,
bonte strandloper 1, kemphaan 4, watersnip 1, grutto 31, wulp 135, zwarte ruiter 6,
oeverloper 2, visdief 84 en langs de grote Meeslouwerplas 1 ijsvogel.
In De Wilck 2 vrouwtjes bruine kiekendief, 8 watersnippen, 7 kemphanen en 2 grote zilverreigers, in de Barrepolder 1.
Woensdag in De Wilck 3 grote zilverreigers. In de Grote Polder Zoeterwoude 6 lepelaars, in het Noord-Aagebied (SBB) 3.