Het winterkoninkje (Troglodytes troglodytes - Wren) in zijn territorium:
ruigtes, struiken, spleten tussen boomstammen.
Zijn wetenschappelijke naam Troglodytes troglodytes betekent niet voor niets: holbewoner.
Foto gemaakt op 19 december in het Buytenpark.
Er was eens een dag dat ook de vogels een eigen koning wilden hebben.
De vogel die het hoogste kon vliegen zou gekroond worden.
Hoe hoogvliegers als leeuwerik, gierzwaluw en ooievaar ook hun best deden,
de arend bleef maar zweven en steeg boven alle andere vogels uit.
Toen de machtige vogel wist dat hij gewonnen had en zich naar beneden liet vallen,
schoot er plotsklaps een bruin pluizebolletje tevoorschijn, dat zich tussen zijn veren had verstopt.
Dit vogeltje wist nog net iets hoger te komen dan de adelaar.
Zo werd niet de sterkste maar de slimste vogel de koning.
Dit is een heel oude sage, zelfs de Romein Plinius verhaalde er al over.
Over wat er hierna allemaal nog gebeurde, zijn veel volksverhaaltjes in omloop.
Zo zou de arend zo boos geworden zijn, dat hij met zijn vleugel het vogeltje zo'n harde klap gaf,
dat het nooit meer hoog kon vliegen en altijd laag door de struiken moest scharrelen.
Ook een klein, onopvallend vogelrakkertje is de boomkruiper (Certhia brachydactyla - Short-toed Treecreeper).
Net als de winterkoning hoor je hem eerder dan dat je hem ziet.
Foto van 8 januari op Landgoed Voorlinde in Wassenaar.
Weer een ander verhaaltje wil dat de adelaar voorstelde het koningschap te delen:
hij 's zomers koning en het winterkoninkje in de winter.
Daarom kan je hem 's winters ook al zo voluit horen zingen als andere vogels nog stil zijn.
De gebroeders Grimm vertellen een ander sprookje.
De vogels waren zo verontwaardigd over het bedrog, dat ze een nieuwe wedstrijd uitschreven.
Wie het diepste onder de grond zou kunnen komen, zou koning worden.
Alle vogels gingen graven en maakten kuiltjes in de grond.
De winterkoning was echter weer de slimste door diep in een muizenholletje te kruipen.
De vogels kwamen opnieuw in protestvergadering bijeen en besloten
een wachter voor het holletje te zetten zodat de winterkoning er niet meer uit kon komen.
De uil had de grootste ogen, dus die moest de opening bewaken.
Als hij zijn ene oog dichtdeed, deed hij het andere open.
Toen hij dat laatste echter een keer vergat, glipte de koning uit het holletje.
Maar om uit de buurt van de andere vogels te blijven, sluipt hij sindsdien laag door de struiken.
En de slaperige uil werd zo ongenadig door de andere vogels achterna gezeten,
dat hij zich niet meer overdag durfde te vertonen en voortaan alleen maar 's nachts op jacht ging.
Bronnen:
Vogels in volksgeloof, magie en mythologie; Natuurverhalen.nl en
De Nederlandse vogelnamen en hun betekenis.
*****
Waarnemingen vandaag o.a.: Zoetermeerse Plas 2 grote zee-eenden en 2 tureluurs.
De Wilck 1 slechtvalk en de Lagenwaardse Polder 90 adulte en 2 juveniele kleine zwanen.
*****
Recensie: Reis door Lapland 1732; Dagboek van Carl Linnaeus
Erg veel wind de laatste (en komende) tijd. Deze meerkoet (Fulica atra - Eurasian Coot)
ploegt zich door de golven, Starrevaart 9 januari.