Baltsende en zingende sprinkhaanzanger (Locustella naevia - Common Grasshopper Warbler) in het Buytenpark.
De paarse gloed op de achtergrond is de fraaie kleur van akkerdistels.
Sprinkhaanzangers zijn vogels die vooral voorkomen in rietkragen en moerassen.
In het Zoetermeerse Buytenpark zitten ze ook in de ruigtes met talrijke distels en hier en daar een struikje.
Gistermorgen heb ik er minstens twee gehoord, mogelijk zelfs drie.
Een zingende sprinkhaanzanger horen is niet zo moeilijk:
de vogel heeft een opvallende, ratelende zang (scherper en dan van een snor).
De vogel zien is wel heel wat lastiger want hij zit meestal onopvallend in de begroeiing te zingen.
Rietgorzen (Emberiza schoeniclus - Reed Bunting) zijn talrijk, hebben een makkelijk te herkennen geluidje en laten zich graag zien.
Deze foto van de Starrevaart is nog van 28 april, tot vandaag viel hij telkens buiten publicatie.
Dan komt het dus op je oren aan. Als je ouder wordt, wordt het steeds lastiger hoge tonen op te vangen.
Alleen mijn rechteroor doet dat nog. Omdat je het geluid niet dimensionaal opvangt,
is het ook lastig de zangplaats te ontdekken. Vooral als het vogeltje steeds van zangpost wisselt...
Leven en dood liggen, zeker in de natuur, dicht bij elkaar. Zoals op 24 juni in het Spookverlaat.
Daar vond ik deze 'verse' dode veldmuis (Microtus arvalis - Common Vole).
Belangrijke kenmerken van een veldmuis zijn de korte staart, lichte staart en poten,
een bruin-geelgrijze rug en een grijs-witte buik. Oorschelp goed zichtbaar.
Kortom, ik heb er gistermorgen heel wat uurtjes ingestoken om wat foto's te kunnen maken
van deze eenvoudig getekende en in ons land met enkele duizenden broedparen niet zo talrijke broedvogel.
De vogel op de foto maakte ook diverse malen baltsbewegingen. Ze broeden tweemaal per seizoen.
Waarschijnlijk probeerde de sprinkhaanzanger indruk op een vrouw (of zijn vrouw uit het eerste huwelijk) te maken
Vandaar wellicht ook zijn gedrag om steeds vanaf een andere zangpost zijn lok te roepen.
Het was vandaag een heerlijke zomerse dag. Warm dus. Veel vogels ventileerden met geopende snavels.
Dat deden zowel de drie jonge ooievaars (Ciconia ciconia - White Stork) met een van hun ouders op het Geertjenest,
als de jonge scholekster (Haematopus ostralegus - Eurasian Oystercatcher) in de Geerpolder.