Niet te warm, niet te koud, vooral weinig wind en daardoor zelfs voor zwakke knieën mooi fietsweer. Even langs de Benthuizer Noordpolder waar 21 (19+2) kleine zwanen vertoefden, op de Benthuizer Plas was het rustig met slechts wat groepjes kuifeenden, op de Noordhovense Plas was helemaal geen kip te zien, over de Zoetermeerse Plas vlogen 10 kleine zwanen.

Eerste halte vormde het Prielenbos, maar de stilte volhardde zich. Op de vaste roestplaats geen ransuil te zien, ik vroeg me af of ze in de herfst ook al roesten, of zou dat een winterse bezigheid zijn? In de Meer- of Buurwatering (voor de kaartlezers: de vliet aan de noordkant van de Meerpolder) trok een dodaars zich niets van mij aan en bleef op een paar meter afstand rustig naar voedsel duiken.

Opnieuw, zowel op heen- als terugreis, in de Meeslouwerplas tevergeefs naar de roodkeelduiker gezocht, de vogel was kort tevoren wel gesignaleerd. Een eidereend, toch ook geen alledaagse gast in dit gebied, zorgde voor enige compensatie.

Op de Starrevaart stalen 6 kemphanen de show. Ze vlogen regelmatig rond, badderden gezamenlijk met de grutto wat bij het eilandje en zwommen zelfs een keertje midden op de plas. Van zwarte ruiters (de 6 waren nog steeds aanwezig) zie je dit vaker, kemphanen zijn niet van die badgasten. Een kleine zwaan peddelde eenzaam rond.


Zwemmende kemphanen op de Starrevaart