Ineens zomert het. Gisteren nog kleumweer, vandaag een natte rug onder m'n rugzak. Ik wandelde ergens in Zuid-Holland door uiterwaarden, grienden en weilanden langs de rivier, ruig en modderig, veel brandnetels. En rustig, slechts een paar mensen ontmoet die net als ik in een ouwe-mannentempo langs die wilde vegetatie slopen, elk blad bespiedend of er een insect op zou zitten, een vlinder, een libel.
Het wemelde ervan, werkelijk waar. Soms denk ik wel eens, man, waar begin je an, want het zijn er zo veel en ik weet helemaal niet veel van insecten. Maar het is bijzonder boeiend naar dat micro-leven tussen de bladeren te kijken, en daar een paar zeldzame wilgenmugvlindertjes te zien.
Of bruine korenbouten, ook al zeldzaam, ze vallen trouwens wel goed op die grote bruine libellen. De mannetjes worden witachtig blauw, of blauw-wit, maar dat kan nog wel een week duren, nu zagen ze er nog vrijwel hetzelfde uit als de vrouwtjes. Die hebben een breder achterlijfaanhangsel (voor het leggen van eitjes) dan de jonge mannetjes. Bovendien viel het me op dat de vrouwen donkerder vlekken op de vleugels hadden dan de mannen.
Bruine korenbout (Libellula fulva, females and a male below), op de bovenste foto's twee vrouwtjes, daaronder een mannetje.
Roodkopvuurkevers, wespen, hommels, kleine sprinkhaantjes, spanners, overal waar ruige begroeiing is, kan je van alles ontdekken. Tijdens zo'n ontdekkingsreis staan m'n ogen steeds wijd open en hoor je allerlei vogelgeluiden, grote bonte spechten, grasmussen, jonge huismussen die door hun ouders worden gevoerd, kleine karekieten, een aantal bosrietzangers, zwartkoppen, een enkele nachtegaal.
|
|
Nog een aantal foto's van insecten die ik vandaag heb gemaakt.
Bloedcicades (Cercopis vulnerata - Black and Red Froghopper).
Zwart soldaatje (Cantharis pellucida - Soldier Beetle).
Distelbok (Agapanthia villosoviridescens - Golden-bloomed Grey Longhorn).
Kleine wespenbok (Clyrus arietis - Wasp Beetle).
In de uiterwaarden zaten diverse bosrietzangers (Acrocephalus palustris - Mars Warbler). Ze lijken sterk op kleine karekieten maar ogen duidelijk wat lichter, hun stuit is niet zo roodbruin als van de kleine kar maar egaal grijsbruin, op de onderste foto goed te zien. Er bestaat geen enkele twijfel of je met een kleine karekiet of een bosrietzanger te doen hebt als je hun zang hoort, een bosrietzanger laat een zeer gevarieerde zang horen terwijl een kleine karekiet een vrij eentonig deuntje produceert.
|