De Drôme vind ik een van de aantrekkelijkste gebieden in Frankrijk. Aan de zuidzijde de bergrivier de Drôme met prachtige omgeving en nog zuidelijker de Provence, in het westen het Rhônedal met pal daarachter de ruige Ardèche met zijn rivier in een diep uitgesleten dal.
Als hoogtepunt aan de oostkant, richting Alpen, het ontzagwekkende en natuurrijke gebergte van de Vercors. Een gebied met spectaculaire vogels, vlinders en orchideeën. Ook een gebied waar de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog indringend maar terecht zichtbaar worden gehouden.
Dit jaar bivakkeerden Nelly (mijn vrouw) en ik in het noorden van de Drôme, op een splinternieuwe camping in Châteauneuf-sur-Isère, vlakbij Valence. De kleine maar mooie en enthousiast bemenste camping Le Soleil Fruité staat vol perzikbomen en ook wat abrikozen- en olijfbomen. Vruchten gratis te plukken! De camping ligt op enkele kilometers naast de Autoroute du Soleil en is in voor- en naseizoen vooral populair bij campers en caravanners die hier op doorreis verblijven.
We hadden wisselvallig weer, de eerste week soms zelfs koud. Bij onze tochtjes door de Vercors hadden we enkele malen zware regenval, verderop viel er sneeuw, maar we hebben ook een lekker bruin tintje gekregen. Al met al kwam de natuur nog niet volledig op gang, vlinders en vooral libellen vlogen niet uitbundig.
Door de donkere dagen heb ik niet zo veel foto's kunnen maken als waarvan ik gedroomd had. Maar foto's zijn niet bepalend voor een fijne vakantie: we hebben enorm genoten van het goede Franse leven en van het dolce far niente. In de serie La Drôme staan de komende weken natuurfoto's uit dit gebied.
*****
Recensie: Vogels
|
|
Héron bihoreau. De allereerste foto die ik in Frankrijk maakte: een adulte kwak (Nyctiocorax nyctiocorax - Black-crowned Night Heron; adult). De vogel zat verscholen tussen de bladeren op een parkeerplaats naast de autoroute bij Valence.
Bijeneters, met hun opvallende roep, zijn voor mij dé karakteristieke vogels van het zuiden van Frankrijk. Op enkele kilometers van onze camping was een enorm complex van zand- en steengroeves met grote waterpartijen en opslag. Heel druk vrachtverkeer, niet toegankelijk, wel hier en daar een glimp van te zien. Daar zwierf een groep van zo'n twintig bijeneters rond.
Ook huisden er vele tientallen oeverzwaluwen, maar die waren in de eerste, koude week van de een op de andere dag verdwenen. Europese kanaries, cirlgorzen, grote gele kwikstaarten enz., zelfs enkele bevers en beverratten bevolkten die bassins langs de Isère.
(à suivre)
|