Gisteren en vandaag wat gescharreld bij de Starrevaart en in het Prielenbos. Het fraaie lenteweer heeft overwinterende vlinders verleid tot de eerste vluchten, de tropisch uitziende dagpauwoog met z'n vier grote ogen steekt alle andere vlinders qua schoonheid naar de kroon, zowel in het Prielenbos als bij de Starrevaart voelden ze er weinig voor om voor mijn camera te poseren.
De nijlgans zit op het eiland voor de Starrevaarthut nijver te broeden, ik ben benieuwd wat er uit de eieren te voorschijn komt. Op de plas zaten nog zeker 4 brilduikers, waaronder een fraaie man, 2 lepelaars, 16 kluten, 5 geoorde futen, 5 goudplevieren waarvan al enkele met een zwarte zomerbuik, 8 kemphanen, 4 zwarte ruiters, 2 waterrallen lieten zich bij de toren horen en een man en vrouw bruine kiekendief zweefden over het riet. De Hamble Point scholekster was aanwezig, evenals twee geringde grutto's, een met lichtgroene ringen en een met een rode en een oranje ring. 'k Ben benieuwd waar ze geringd zijn.
Kuifeend (Aythya fuligula) op de Starrevaart.
|
|
In het Prielenbos was de uilenroestplaats vanmiddag verlaten. Een grote bonte specht zat te hameren, dat is het onregelmatig geluid dat de vogel maakt bij het zoeken naar voedsel of bij het bouwen van een nest. Als ze luidruchtig 'snorren', dat is een snel geroffel zoals onlangs tegen een gsm-mast, bakenen ze hun territorium af, lokken ze vrouwtjes. Een ral zat te 'kiepen', een andere liet de biggenschreeuw horen.
Als je heel stil staat in zo'n bosje, als je je afsluit voor valse noten die mensen produceren, sta je steeds weer verbaasd over de hoeveelheid geluiden die je in zo'n kleine wereld kan horen. Opvallend is het grote aantal winterkoningen in dit 'natuurbos': overal waar je loopt, hoor je deze guitige beestjes hun riedel afsteken. In de laatste restanten van de Noordhovense moerasjes foerageerden een kleine plevier en 2 kluten.
|